e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Buchten

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
uitmaken wie mag beginnen kavelen: (= zien wie begint).  kavele (Buchten) benamingen in het knikkerspel [SGV (1914)] III-3-2
uitschelden schelden: sjelje (Buchten) schelden [SGV (1914)] III-3-1
uitslaan uitslaan: ūtslǭn (Buchten) Een tekening maken op ware grootte van een kar- of wagenmodel of de onderdelen daarvan. Zie ook het lemma ɛwerktekeningɛ in de paragraaf over de meetwerktuigen, pag. 75.' [N G, 20a] II-12
uitslag vertonend branderig: brɛnjǝrǝx (Buchten) Gezegd van een varken dat lijdt aan de vlekziekte. [N 19, 27b] I-12
uitsoppen uitsoppen: ūtsǫpǝ (Buchten) De verfpot helemaal leegverven. [N 67, 64c] II-9
uittrekkende schacht, uitstromingsschacht uittrekkende schacht: ūttrękǝndǝ [schacht] (Buchten  [(Maurits)]   [Maurits]) De schacht waarlangs de verbruikte lucht het ondergronds gedeelte van de mijn verlaat. Zie ook de semantische toelichting bij de lemmata Intrekkende Schacht en Luchtstroom. De fonetische documentatie van het woord (schacht) vindt men in het lemma Schacht. [N 95, 206; monogr.] II-5
uitwerpselen van het paard paardskeutelen: pęrskøtǝlǝ (Buchten) [A 9, 24b] I-9
uitwerpselen van koeien flat: flat (Buchten), koeflat: kōflat (Buchten), koestront: kōštronjtj (Buchten) [N M, 8a; A 9, 24a; JG 1a, 1b; N 11A, 40a; monogr.; add. uit N 5A (I] I-11
uitzetten kwellen: kwɛlǝ (Buchten  [(Maurits)]   [Laura, Julia]), uitzetten: ūtzętǝ (Buchten  [(Maurits)]   [Maurits]) Gezegd van het dak, wanneer het doorbuigt door de druk van bovenaf. [N 95, 491; monogr.] || In het ondergrondse gedeelte van de mijn de plaats aangeven waar een nieuwe verdieping, steengang, galerij, enz. moet worden aangelegd. [N 95,382; N 95,174; monogr.] II-5
unster ponder: punjer (Buchten), weegtoestel kleine lasten  punjer (Buchten) unster (balans) [SGV (1914)] || Weeginstrument met hefboomwerking. [N 18 (1962)] III-3-1