24144 |
fazant |
fazant:
fazant (L426p Buchten)
|
fazant (83 bekende jachtvogel; hen bruin en kleiner dan de kleurige haan [N 09 (1961)]
III-4-1
|
25170 |
fijne hagel |
fijne hagel:
fiene hagel (L426p Buchten)
|
fijne hagel [sjrot, schrot] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
28392 |
fijnkool |
fijnkool:
fīnkǭl (L426p Buchten
[(Maurits)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV])
|
Steenkolen met een afmeting kleiner dan 10 mm. [N 95, 463]
II-5
|
33228 |
fijnste zeef, uitschotzeef |
drekzeef:
drɛkzēf (L426p Buchten)
|
Soms is er nog een derde, onderste zeef, waar het "uitschot", de zeer kleine aardappelen en stukken aardappel worden afgezonderd van het afval en de losse aarde. [N 12, 34c]
I-5
|
20511 |
filet, haas |
ossehaas:
ossehaas (L426p Buchten)
|
lendestuk; Hoe noemt U: Lendestuk, ossehaas (ossehaas, harst, osseharst, runderharst, filet) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
34242 |
filter in de melkzeef |
zijschotel:
zišōtǝl (L426p Buchten)
|
In het algemeen is de filter een linnen of katoenen lap waardoor de melk gezuiverd wordt van verontreinigingen. In plaats van deze lap gebruikt men ook wel een vel filtreerpapier of een schijf watten. Ouderwets is de met paardenhaar vervaardigde melkzeef. [L 48, 35.Ia, Ib en Ic; Lu 2, 35.Ib en Ic; A 18, 11b en 11c; BN 2, 4; monogr.]
I-11
|
30608 |
flatting |
flatting:
flɛteŋ (L426p Buchten)
|
Vernis die bij voorkeur wordt gebruikt voor het grondvernissen. Daarbij wordt de flattinglaag na verharding afgeslepen zodat oneffenheden verwijderd kunnen worden en er een vlakke en tevens matte oppervlakte ontstaat. Flatting kan als grondlaag voor buiten- als voor binnenwerk worden aangewend. [N 67, 21c]
II-9
|
28043 |
flens |
flens:
flens (L426p Buchten
[(Maurits)]
[Maurits])
|
Opstaande rand aan het einde van buizen om deze met schroeven aan elkaar te kunnen verbinden. [N 95, 826; monogr.]
II-5
|
20525 |
flensje |
pannenkoekje:
pannekeukske (L426p Buchten)
|
flensje; Hoe noemt U: Een dun pannekoekje, een flensje (struifje, koekje, flensje, broedertje) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
19288 |
flikflooien |
flikflooien:
flikkeflooje (L426p Buchten)
|
flikflooien [SGV (1914)]
III-1-4
|