e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Caberg

Overzicht

Gevonden: 1390
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rauw groen: greun (Caberg), rauw: rauw  raow (Caberg) rauw; Hoe noemt U: Rauw, niet gekookt (groen, rauw) [N 80 (1980)] III-2-3
razen en tieren razen: raoze (Caberg) luidruchtig uiting geven aan woede [razen, tieren, tekeergaan, tobben] [N 85 (1981)] III-1-4
razend van woede brul: bröl (Caberg) razend van woede, zeer woedend [dol, dul] [N 85 (1981)] III-1-4
rechtvaardig rechtvaardig: rechvierdeg (Caberg) handelend naar recht en billijkheid, rechtvaardig [gerecht, gerechtig] [N 85 (1981)] III-1-4
regenjas regenjas: regejas (Caberg, ... ) damesregenmantel [N 23 (1964)] || regenjas [rusjer, ploensent] [N 23 (1964)] III-1-3
regenpijpen regenpijpen: reegenpiepe (Caberg) regenbroek die uit twee delen bestaat [piepe, reegenpiepe] [N 23 (1964)] III-1-3
regenworm piering: eigen spellingsysteem  piering (Caberg, ... ) regenworm, aardwom, bekende paarskleurige worm die bij spitten en ploeten of bij regen voor de dag komt [pier, pieroas, piering, pierewörm, dauwworm] [N 26 (1964)] || worm in het algemeen [pier, piering, pierik] [N 26 (1964)] III-4-2
rest in het glas klatsje: kletske (Caberg) restje; Hoe noemt U: Kleine hoeveelheid bier onder in een glas (kletske) [N 80 (1980)] III-2-3
reumatiek reumatiek: rummetiek (Caberg) Reumatiek: aandoening van spieren en gewrichten met veel pijn (flerecijn, rumatis, vliegende vaan, rimmetiek, krimmetiek). [N 84 (1981)] III-1-2
rijbroek rijbroek: reijbrook (Caberg) rijbroek met nauw om het onderbeen sluitende pijpen [N 23 (1964)] III-1-3