e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Castenray

Overzicht

Gevonden: 1539
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
opvulzand papzand: pap˲zānt (Castenray  [(id)]  ) Zand dat wordt gebruikt voor aanvulling, maar niet voor het metselwerk zelf. Zie voor het woordtype 'letchi' a. Stevens, 'T√∫ngërsë Dïksjënêer', pag. 328, s.v. 'lètsji'. [N 30, 36b; monogr.] II-9
oud, bejaard hoogbejaard: hoeëgbejäörd (Castenray), oud: âld (Castenray) hoogbejaard || oud (bn), op leeftijd III-2-2
oude man knikker: knikker (Castenray), oude guil: oorspr.: voor afgeleefd paard, oude knol  âlde guūl (Castenray), oude kerel: âlde kel (Castenray), âlde(ren) iemand, de âldere  âlde kel (Castenray) iemand van oudere leeftijd ( oude man, oude vrouw, oude van dagen) [N 102 (1998)] || oude man [N 102 (1998)] || oude man (ironisch) III-2-2, III-3-1
oude vrouw mensje: meenske (Castenray), oud vrouwmens: âld vrommensj (Castenray), âld vrowmeens (Castenray), âlde(ren) iemand, de âldere  âld vrowme(n)s (Castenray), âld vrowmeens (Castenray), oudje: iemand  alde(ke) (Castenray), wijfje: wiēfke (Castenray) iemand van oudere leeftijd ( oude man, oude vrouw, oude van dagen) [N 102 (1998)] || oud klein vrouwtje || oude vrouw [N 102 (1998)] || oude vrouwtje III-2-2, III-3-1
ouden van dagen ouderen: de âldere (Castenray) ouden van dagen [N 102 (1998)] III-3-1
ouderlijk huis ouderlijk huis: elderlek huus (Castenray, ... ), âlderlek huus (Castenray), stamhuis: huis dat al heel lang eigendom van de familie is en waarin men geboren is  stámhuus (Castenray) ouderlijk huis || stamhuis III-2-2
ouders oudelui: âldeluuj (Castenray), ouderpaar: âlderpaar (Castenray), ouders: elder (Castenray), elders (Castenray, ... ), âlders (Castenray) ouder (= vader, moeder) || ouderpaar || ouders III-2-2
overgordijn gordijn: Achter de gerdiene gaon: gaan slapen Schón gerdien hebbe, már gén lakes: zich beter voordoen dan men is  gerdien (Castenray) gordijn III-2-1
overgrootmoeder overgrootmoeder: aovergrótmoēder (Castenray), aovergrötmoēder (Castenray) overgrootmoeder III-2-2
overgrootvader overgrootvader: aovergrótvader (Castenray), aovergrötvader (Castenray) overgrootvader III-2-2