e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q121a plaats=Ch?vremont

Overzicht

Gevonden: 2160
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
galerij galerij: galerij (Chevremont  [(Julia)]   [Maurits]) Mijngang in de kool of het gesteente, nagenoeg volgens de strekking van de koollaag. De invuller uit Q 15 merkt daarover voor de mijn Maurits op dat een galerij evenwijdig aan de laag of door de laag werd gedreven. Een evenwijdig aan de laag gedreven gang, een steengalerij, kon dienst doen als watergalerij. Galerijen in de laag konden zowel "toevoergalerij" als "afvoergalerij" zijn. Soms was een "afvoergalerij" later de "toevoergalerij" voor een andere pijler in diezelfde laag, terwijl het omgekeerde ook kon voorkomen. [N 95, 372; N 95, 383; monogr.; Vwo 69; Vwo 332; Vwo 845] II-5
galmgaten galmvensters: jalm-vinstere (Chèvremont) De open vensters in de klokketoren, waardoor het geluid van de klok(ken) naar buiten galmt [schalvensters, almsgatter, galmgaten?]. [N 96A (1989)] III-3-3
gang gang: jaŋk (Chèvremont), huisgang: hūsjaŋk (Chèvremont) gang III-2-1
gang, maat 2 emmers water vat: vaat (Chèvremont) twee emmers III-4-4
gans gans: jǫs (Chevremont) [A 2, 42; A 6, 5a; A 6, 5b; A 6, 5c; S 9; L 1a-m; L 1, 58; JG 1a, 1b, 1c, 1d; Vld.; monogr.] I-12
gazon grasplei: jrāsplai̯ (Chèvremont) gazon III-2-1
gebakje deeltje: deel’sje (Chèvremont) gebakje III-2-3
gebouw bouw: boͅu̯ (Chèvremont) gebouw III-2-1
gebreide wollen muts gestrikte muts: jestrikte mutsj (Chèvremont) muts van wol (gebreid) voor kinderen [N 25 (1964)] III-1-3
gedeeltelijk opvullen foetelen: vutǝlǝ (Chevremont  [(Julia)]   [Oranje-Nassau II, Emma, Hendrik]), niet goed vullen: net jot vølǝ (Chevremont  [(Julia)]   [Maurits]) Open ruimten in de opvulling laten. Dit werd volgens Lochtman (pag. 173) vroeger, toen er nog met de hand werd opgevuld, uit luiheid gedaan. Volgens een invuller uit Q 121 kon de term "pfuschen" ook worden gebruikt voor het verwerken van oud hout in de opvulling in plaats van stenen. Dit was ten strengste verboden omdat het mijnschade kon veroorzaken. Zie ook het lemma Een Stuk Mijngang Onopgevuld Laten, Wld II.4, pag. 82. [N 95, 553; N 95, 554; monogr.; div.] II-5