e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ch?vremont

Overzicht

Gevonden: 2160
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
informeren (onverg.) zich umhren (< du.): ziech umhu’re (Chèvremont) naar iets informeren III-1-4
ingemaakt voedsel ingemaakts: ¯t i¯jemaachs sjteet in d¯r kelder  i’jemaachs (Chèvremont) inmaak III-2-3
ingenieur ingenieur: enšǝnjø̄r (Chevremont  [(Julia)]   [Domaniale]) De algemene benaming voor ingenieur. De bevoegdheden en verantwoordelijkheden lopen nogal uiteen. [N 95, 139; N 95, add.; monogr.] II-5
injecteren injecteren: enjɛktīǝrǝ (Chevremont  [(Julia)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]) Belangrijkste stofbestrijdingsmethode bij de koolwinning. Een belangrijke vinding op het gebied van de stofbestrijding was het inpersen, injecteren, van water in de koollaag. Hiervoor werden op afstanden van 3 tot 5 meter voldoende diepe gaten in de kool geboord. Daarna werd het injectietoestel in het boorgat geplaatst. Als men water onder druk in het toestel liet stromen, drong het langs alle splijtvlakken en scheurtjes in de steenkool. Het bevochtigde als het ware de gehele koollaag tot een zekere diepte, waardoor koolwinning vrijwel zonder stofontwikkeling kon plaatsvinden (Handb. H. pag. 95). Het injecteren kon echter niet overal toegepast worden. Soms maakte het water het dak en de vloer slecht. In andere gevallen kon men het water niet in de kool persen, omdat er geen splijtvlakken en scheuren waren. [N 95, 781; N 95, 777; monogr.] II-5
inmaakpot drijschilderbaar: dreͅi̯šeldərbār (Chèvremont), kappesbaar: kapəs˂bār (Chèvremont), kompesbaar: kompəs˂bār (Chèvremont), schilderbaar: šeldərbār (Chèvremont) aardewerken pot van 30 liter || hoge, stenen pot met 1, 2 of 3 schildjes erop aangebracht naargelang de inhoud (10, 20 of 30 liter) || stenen baar waarin de zuurkool werd bewaard || zuurkoolvat III-2-1
inmaken inmaken: De boeëne, de proemme i¯maache  i’maache (Chèvremont) inmaken III-2-3
inschenken inschudden: Sjud nog ins i, op ee bee kan me nit stoa  i’sjudde (Chèvremont) inschenken III-2-3
instorting brok: brux (Chevremont  [(Julia)]   [Winterslag, Waterschei]) Het plots inzakken van het dak van de mijngang of een instorting in een galerij of steengang. [N 95, 901; N 95, 929; N 95, 843; monogr.; Vwo 172; Vwo 398] II-5
intrekkende schacht, instromingsschacht intrekkende schacht: entrɛkǝndǝ [schacht] (Chevremont  [(Julia)]   [Domaniale]) De schacht waarlangs de verse lucht het ondergrondse gedeelte van de mijn wordt binnengevoerd. De opgaven "beur één", "put één" en "schacht één" duiden het nummer aan van de schacht die op de desbetreffende mijn als instromingsschacht wordt gebruikt. Zo vermeldt de invuller uit L 417 dat men op de mijnen in Zwartberg en Waterschei de oneven nummers voor de intrekkende schachten gebruikt, terwijl men de uitstromingsschachten even nummers geeft. Zie ook de semantische toelichting bij het lemma Luchtstroom. De fonetische documentatie van het woord (schacht) vindt men in het lemma Schacht. [N 95, 205; monogr.] II-5
inzouten inzouten: ¯t sjpek i¯zaotse  i’zaotse (Chèvremont), pekelen: ¯t Vleesj pik¯kele  pik’kele (Chèvremont), zouten: De bótter zaot¯se Inne jezaatse herrek  zaot’se (Chèvremont) in de pekel zetten || inzouten || zouten III-2-3