e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ch?vremont

Overzicht

Gevonden: 2160
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kerkportaal portaal (<oudfr.): portaal (Chèvremont) Het portaal van de kerk [kerkhal]. [N 96A (1989)] III-3-3
kerkraam kerkvenster: kirchvinster (Chèvremont) Een kerkraam. [N 96A (1989)] III-3-3
kerkramen kerkvensters: krichvinstere (Chèvremont) De kerkramen meervoud. [N 96A (1989)] III-3-3
kerkstoel klapstoel: klapsjteul (Chèvremont) Kerkstoelen, de stoelen (met of zonder opklapbare zitting) waarop men zowel kan knielen als zitten [kerksteul, -stoele?]. [N 96A (1989)] III-3-3
kerktoren toren: toer (Chèvremont) De toren van de kerk, waarin zich de klokken bevinden [kèrktaore, -taon, -toer, klokketoren?]. [N 96A (1989)] III-3-3
kers, zoete soorten kers: kieësj (Chèvremont) kers I-7
kersenbloesem kersenbloei: kieë’sjeblui (Chèvremont) kersebloesem I-7
kersenpit kersenkern: kieë’sjekeer (Chèvremont) kersepit I-7
ketelhuis ketelhuis: kɛsǝlhūs (Chevremont  [(Julia)]   [Willem-Sophia]) Plaats waar de stoomketels van de mijn zich bevinden. Zij produceren stoom voor de aandrijving van generatoren en persluchtcompressoren. [N 95, 17; monogr.] II-5
kettingbaan kettingbaan: kettingbaan (Chevremont  [(Julia)]   [Willem-Sophia]) Toestel, bestaande uit een ketting zonder eind met daaraan meenemers, dat tussen de rails is gemonteerd. De kettingbaan wordt gebruikt voor het over korte afstand verplaatsen van mijnwagens. Volgens een respondent uit Q 121 werd de kettingbaan op de Domaniale mijn voornamelijk toegepast voor het transport in kleine hellingen, meestal in de nabijheid van de schacht. [N 95, 689; N 95, 703; monogr.] II-5