e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ch?vremont

Overzicht

Gevonden: 2160
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
krom, met bochten krom: króm(p) (Chèvremont), scheef: sjeef (Chèvremont) krom III-4-4
krommen krommen: krum⁄me (Chèvremont) krommen III-4-4
kroonluchter kroonluchter: kroeënlüeter (Chèvremont) Een veelarmige lamp in de kerk, luchter, kroonluchter. [N 96A (1989)] III-3-3
kruid (alg.) kruid: kroed (Chèvremont) kruid III-4-3
kruiden, specerijen gewrz (du.): jewürts (Chèvremont) specerijen III-2-3
kruidenjenever wacholder: wa’cholder (Chèvremont), jeneverbes  wa’chelter (Chèvremont) soort jenever III-2-3
kruidnagel groffelsnagel: Went de mam ¯t vleesj broant, deet ze ummer e paar sjroffelsneël derbij  jrof’felsnaal (Chèvremont) kruidnagel III-2-3
kruimel broodgreumel: broeëd’jrüemel (Chèvremont), greumel: jrum’mel (Chèvremont), De jrüemele van d¯r dusj veëje  jrüe’mel (Chèvremont) broodkruimel || kruimel III-2-3
kruipende boterbloem kraaivoet: kroa’vós (Chèvremont) boterbloem, kruipende — III-4-3
kruisbeeld kruisbeeld: krütsbild (Chèvremont) Een beeld van Christus-aan-het-kruis [kruus, kruuts, kruu(t)sbeeld, kruusse-fiks?]. [N 96A (1989)] III-3-3