34616 |
rem van de wagen |
mechaniek:
mekǝnek (Q071p Diepenbeek)
|
De rem komt vrijwel alleen voor bij de wagen. Er bestaan verschillende systemen. Essentieel hierbij is echter dat steeds een remblok tegen de rond de velg van het wiel bevestigde metalen band kan schuren. De informant van Q 099q vermeldt het volgende: "Vroeger werd de rem door middel van een zwengel aangedraaid. Thans wordt de rem in werking gesteld door een ijzeren hefboom. Deze ijzeren staaf heeft aan het losse uiteinde een ketting, die vastgemaakt wordt aan een haak, welke zich bevindt aan de zijkant van de karbak. Het is dus een vereenvoudiging, de zwengel is vervangen door een hefboom.". De respondent van P 48 omschrijft de wagenrem als een "blok met ketting aan as om te remmen. [N 17, 40 + 44j + 49 + 50b + 99 + add; JG 1b; JG 1c; JG 1d; JG 2c; monogr.]
I-13
|
21358 |
rente |
interest:
ps. omgespeld volgens Frings.
eͅintrēͅəs (Q071p Diepenbeek),
eͅjntərēͅs (Q071p Diepenbeek)
|
Rente [intrest?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
31124 |
reparatie |
reparatie:
reparatie (Q071p Diepenbeek)
|
Het repareren van schoenen. Met kan met reparatie ook bedoelen schoenen die gerepareerd moeten worden. [N 60, 231c]
II-10
|
25095 |
repareren |
lappen:
lapǝn (Q071p Diepenbeek),
maken:
maokən (Q071p Diepenbeek)
|
Herstellen of repareren van schoenen. [N 60, 231b; N 60, 231c] || repareren, opknappen [oplappen, flikken, lameseren] [N 91 (1982)]
II-10, III-4-4
|
24548 |
reseda |
rose dgypte (fr.):
#NAME?
ɛruzəndɛzip (Q071p Diepenbeek),
= rose dEgypte = geurige reseda
ɛruzəndɛzip* (Q071p Diepenbeek),
Komt voor in WLD III, Flora; daar ontbreekt het ZND materiaal
ruəzəžip (Q071p Diepenbeek)
|
[DC 60A (1985)] [ZND 35 (1941)]reseda [DC 60a (1985)]
I-7, III-4-3
|
20559 |
rest in het glas |
klatsje:
kletske (Q071p Diepenbeek),
kletsken (Q071p Diepenbeek),
kleͅtskə (Q071p Diepenbeek),
klätskə (Q071p Diepenbeek),
pritsje:
pritsken (Q071p Diepenbeek)
|
hoeveelheid (kleine - van een vloeistof) || kleine hoeveelheid drank die onder in een glas overblijft [ZND 36 (1941)]
III-2-3
|
24302 |
restant vissen |
snoek:
snuk (Q071p Diepenbeek),
snôk (Q071p Diepenbeek),
zalm:
zalm (Q071p Diepenbeek)
|
snoek [Willems (1885)], [ZND m] || zalm [Willems (1885)]
III-4-2
|
24230 |
restant vogels |
plathaan:
parelhoen: Hoe noemt u in uw dialect de witgespikkelde grijze tamme vogel met gekleurde kop, die niet vliegt en engiszins op een kalkoen lijkt, maar het fromaat van een kip heeft (--, poelepetaat)?
plataon (Q071p Diepenbeek),
spreeuwtje:
sprēufken (Q071p Diepenbeek)
|
jong van de spreeuw [ZND 43 (1943)] || parelhoen [N 100 (1997)]
III-4-1
|
24295 |
restant zoogdieren |
das:
daas (Q071p Diepenbeek)
|
das [Willems (1885)]
III-4-2
|
34281 |
resten van het eten van dieren |
brokken:
brokken (Q071p Diepenbeek),
orten (mv):
ø̜rtǝn (Q071p Diepenbeek)
|
[L 34, 77b]
I-11
|