28694 |
sikkel |
zekel:
zēkǝl (L431p Dieteren)
|
Werktuig in de vorm van een halve cirkel met een korte steel dat gebruikt wordt om gras en soms ook wel graan te maaien. In Noord Ned. Limburg is herhaaldelijk opgemerkt: "zelden in handen van boeren ... het is een typisch vrouwengereedschap" (L 270). [N 11, 88; N 18, 79; JG 1a, 1b, 2c; A 4, 28 en 28a; A 14, 7 en 11; A 23, 16.2; L 20, 28; L 42, 46; L 45, 11; Lu 1, 16.2; NE 2, 1; Wi 51; monogr.; add. uit N Q, 11c]
I-5
|
33587 |
sjalot |
sjarlot:
mv -te
sjerlot (L431p Dieteren)
|
[DC 13 (1945)]
I-7
|
21143 |
sjees |
sjees:
šē̜s (L431p Dieteren)
|
Licht en hoog tweewielig rijtuigje voor twee personen met een verstelbare kap. Er is geen aparte bok voor de koetsier. De sjees was voor rijke boeren vaak het voertuig waarmee ze onder meer naar de kerk of naar de stad gingen. De sjees is het bekendste tweewielige rijtuig, vandaar dat de benaming "sjees" ook wel vermeld werd als naam voor het tweewielig rijtuig in het algemeen. [N 17, 5; N 101, 1, 3, 4, 8, 15; N G, 51; L 1a-m; L 36, 70; S 18, 30; monogr]
I-13
|
17870 |
slaan |
slaan:
slaon (L431p Dieteren, ...
L431p Dieteren),
slaon dich om dien oire (L431p Dieteren),
sloan (L431p Dieteren),
sloan dich um dien ōēre (L431p Dieteren)
|
ik sla je (met de potlepel) om je oren [DC 03 (1934)] || slaan [DC 02 (1932)], [SGV (1914)]
III-1-2
|
25342 |
slachten |
slachten:
slaxtǝ (L431p Dieteren)
|
Doden van vee met de bedoeling het als voedsel te gebruiken. Wat het woordtype "dooddoen" betreft, merken verschillende informanten (in K 353, P 50, P 177, P 179, P 180, P 185) op, dat het verouderd is. [JG 1a + 1b + 2c: R 14, 231 add.; S 33; monogr.]
II-1
|
17871 |
slag |
slag:
slaag (L431p Dieteren, ...
L431p Dieteren)
|
Klap. Hij gaf me een klap op mijn schouders. [DC 17 (1949)] || slag, klap, stomp [SGV (1914)]
III-1-2
|
24375 |
slak |
slak:
slek (L431p Dieteren, ...
L431p Dieteren,
L431p Dieteren)
|
slak [DC 17 (1949)], [SGV (1914)] || slak, alg. [SGV (1914)]
III-4-2
|
24377 |
slakkenhuis |
slakkenhuisje:
slekkenhuuske (L431p Dieteren, ...
L431p Dieteren)
|
slakkenhuis [DC 17 (1949)] || slakkenhuisje [SGV (1914)]
III-4-2
|
19355 |
slechtgehumeurd (zijn) |
lastig:
lestig (L431p Dieteren)
|
gemelijk [SGV (1914)]
III-1-4
|
22344 |
slee |
ijskast:
ieskas (L431p Dieteren),
slee:
slee (L431p Dieteren)
|
slede [SGV (1914)] || Slee.
III-3-2
|