e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Doenrade

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
niet meer aankomen na de wedstrijd blijven: blieve (Doenrade) niet meer aankomen na de wedstrijd? [N 93 (1983)] III-3-2
niet passen niet passen: neet passə (Doenrade) niet passen, gezegd van kledingstukken [pronsen, bolderen] [N 86 (1981)] III-1-3
niet zindelijk nog niet droog: nog neet dreug (Doenrade) onzindelijk; de aandrang der natuurlijke behoeften niet beheersend; onzindelijk, gezegd van kinderen [N 86 (1981)] III-2-2
nietsnut leegloper: lèègleuper (Doenrade), niksnutter: niksnutter (Doenrade) een persoon die tot niets deugt [leep, nietsnut, nietsnutter, nietsnutterik] [N 85 (1981)] || iemand die niets doet [druil, plod, patrak, loefer] [N 85 (1981)] III-1-4
nieuwe maan jong licht: jonk leecht (Doenrade), jonŋk leeg (Doenrade), joonk leech (Doenrade), nieuwe maan: nuuj maon (Doenrade), nuuj moan (Doenrade) maan [donkere ~] [SGV (1914)] || schijngestalte van de maan: nieuwe maan [donkere maan] [N 81 (1980)] III-4-4
nieuws nieuws: nuuts (Doenrade, ... ) een bericht over iets dat nog onbekend was [nets, nieuws] [N 85 (1981)] || nieuws [SGV (1914)] III-3-1
nieuwsgierig nieuwsgierig: nuujsjieerig (Doenrade) nieuwsgierig [SGV (1914)] III-1-4
nieuwsgierigaard gaper: gááper (Doenrade) iemand die alles nieuwsgierig bekijkt [gaper] [N 85 (1981)] III-1-4
niezen niesten: neiste (Doenrade) niezen, proesten [SGV (1914)] III-1-2
niks waard niks waard: wêrd (Doenrade) waard (dat is niets ~) [SGV (1914)] III-3-1