e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Doenrade

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
sprookje vertelseltje: vertélselke (Doenrade) een kindervertelsel [spruik] [N 87 (1981)] III-3-1
spruiten, uitbotten loten (krijgen): leute (Doenrade), spruiten: WLD  sjproetə (Doenrade), uitlopen: oetloope (Doenrade) Uitlopers krijgen, loten vormen, gezegd van planten, bomen (spruiten, uitbotten). [N 82 (1981)] III-4-3
spruitkool, spruitje brusselse spruiten: Brusselsche sjproete (Doenrade) spruiten [SGV (1914)] I-7
spruw ziek aan de mond: zeêk aan de mondj (Doenrade) spruw [SGV (1914)] III-1-2
spuiten sprietsen: sjprietse (Doenrade, ... ), sjpritsə (Doenrade, ... ), spritsen (<du.): sjpreutsə (Doenrade), sjpritsə (Doenrade), spruitsen: sjpruitse (Doenrade), spuiten: sjpeutə (Doenrade), sjpuite (Doenrade), sjpuitə (Doenrade), sjpèùtə (Doenrade), sjpéute (Doenrade), spēūte (Doenrade) persen, Met kracht vloeistof door een nauwe opening ~ (spuiten, spruiten, spritsen, sprietelen). [N 84 (1981)] || spuiten [SGV (1914)] || spuiten, met kracht door een nauwe opening naar buiten geperst worden, gezegd van water [spruiten, spritsen, sprietelen] [N 81 (1980)] || vloeistof met kracht door een nauwe buis naar buiten persen [spuiten, spruiten, spritsen, sprietelen] [N 91 (1982)] III-1-2, III-4-4
staal monster: mònster (Doenrade), staal: staal (Doenrade) kleine hoeveelheid van een koopwaar die aan de koper getoond wordt om hem over de kwaliteit te laten oordelen [staal, monster, kantje] [N 89 (1982)] III-3-1
staal, monster staal: štāl (Doenrade) Een lapje stof om daarnaar de hoedanigheid, kleur, enz. van het gehele stuk te beoordelen. [N 62, 71c; MW] II-7
staan staan: sjtaon (Doenrade), sjtoae (Doenrade) staan [DC 02 (1932)], [SGV (1914)] III-1-2
staander staander: štɛndǝr (Doenrade) Het rechtopstaande deel van een omvallende kraag. [N 59, 123a] II-7
staart staart: sjtart (Doenrade, ... ), štart (Doenrade) [A 2, 37; L 29, 27; S 35; monogr.]staart [DC 02 (1932)], [SGV (1914)] I-11, III-4-2