e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Eigenbilzen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
goed luisteren goed luisteren: goed leestərən (Eigenbilzen) goed luisteren [ZND 30 (1939)] III-1-1
goed opschieten met zijn werk goed vooruitgaan: (= het gaat goed vooruit).  het gèèt goed veroot (Eigenbilzen) goed opschieten met zijn werk [plakken] [N 85 (1981)] III-1-4
goed passen goed mikken: gut mekǝ (Eigenbilzen) Goed zitten of passen, gezegd van een kledingstuk. [N 62, 26a; MW] II-7
goede vrijdag goede vrijdag: geuje vreedəg (Eigenbilzen), guje vreedeg (Eigenbilzen) De vrijdag in de week vóór Pasen, Goede vrijdag [Kaarvriediech]. [N 96C (1989)] III-3-3
goede week goede week: de guj wèk (Eigenbilzen), geuj wèèk (Eigenbilzen) De week vóór Pasen [gooj week, kaarwèch]. [N 96C (1989)] III-3-3
goedkoop goedkoop: das goeiəkoop (Eigenbilzen) Dat is goedkoop [ZND 24 (1937)] III-3-1
goedkoopst bestekoop: bèste koop (Eigenbilzen) goedkoopst [ZND 24 (1937)] III-3-1
goedkoopste rang in een schouwburg uil: den ijl (Eigenbilzen), uilenplaats: uileploats (Eigenbilzen) de goedkoopste rang in een schouwburg [uilekot] [N 112 (2006)] III-3-2
goedkoper beterkoop: bèterkoup (Eigenbilzen) goedkoper [ZND 24 (1937)] III-3-1
goedzak goede kloot: (geuje = goede).  geuje kloot (Eigenbilzen), goede sok: ook materiaal znd 24, 22  goei zok (Eigenbilzen) een persoon die altijd goed handelt en goed is voor andere mensen [goedzak, godsblok] [N 85 (1981)] || goedzak [ZND 01 (1922)] III-1-4