32983 |
masteluin |
masteluin:
mastǝlōn (Q086p Eigenbilzen)
|
Menggewas, vooral rogge en tarwe dooreen; vroeger bakte men er brood van ("masteluinbrood"), nu wordt het alleen nog als groenvoer gezaaid. Indien het mengsel een andere samenstelling heeft dan rogge en tarwe, dan wordt dat in het lemma aangegeven. De opgaven "groenvoer" zijn in het lemma ''groenvoer'' (1.2.14) ondergebracht. Voor de fonetische documentatie van het woorddeel [koren], zie het lemma ''rogge'' (1.2.4), resp. ''graan, koren'' (1.2.1). [L 39, 15; L lijst graangewassen, 5; monogr.; add. uit L 48, 26; Lu 2, 26]
I-4
|
20469 |
masturberen |
(-) afspelen:
oafspjèle (Q086p Eigenbilzen),
z`n pin oafspèle (Q086p Eigenbilzen),
afspelen:
oafspjèle (Q086p Eigenbilzen),
zijn pin afspelen:
z`n pin oafspèle (Q086p Eigenbilzen)
|
onanie plegen, zichzelf bevlekken [zn eige aftrekke, afspelen] [N 10C (1995)], [N 10C (zj)]
III-2-2
|
24208 |
matkopmees |
tietemeesje:
tietemaiske (Q086p Eigenbilzen)
|
matkopmees (11,5 kleur als zwarte mees [053], maar zonder nekplek; broedt alleen in vermolmd hout, liefst in vochtig bos; roep [ti-ti-ti-pè-pè-pè], in voorjaar [tjuu-tjuu-tjuu] [N 09 (1961)]
III-4-1
|
22491 |
matsen |
meteenspelen:
mètéén spjùlle (Q086p Eigenbilzen),
op iemand spelen:
op iemes spjèlle (Q086p Eigenbilzen),
samenspannen:
soamespanne (Q086p Eigenbilzen)
|
in het voordeel van een ander spelen, met een andere speler samenspelen [materen, opeenspelen, opspannen] [N 112 (2006)] || In het voordeel van een ander spelen, met een andere speler samenspelen [materen, opeenspelen, opspannen]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
20909 |
mayonaise |
mayonaise:
màjónéés (Q086p Eigenbilzen)
|
mayonaise [RND]
III-2-3
|
18129 |
mazelen |
mazelen:
maozələn (Q086p Eigenbilzen)
|
de mazelen (kinderziekte) [ZND 31 (1939)]
III-1-2
|
18235 |
medaillon |
medaille:
’n mədulgə (Q086p Eigenbilzen)
|
een gouden medaille [ZND 38 (1942)]
III-1-3
|
23744 |
medaillon met lam gods |
lam godsmedaille (<fr.):
`n Lam Gods medulge (Q086p Eigenbilzen)
|
Een hartvormig medaillon van was, waarop een lam met kruisvaan is afgebeeld. Dit medaillon werd gedragen [Agnus Dei, Lam Gods?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
18855 |
medelijden |
compassie:
compasse (Q086p Eigenbilzen),
kompasse (Q086p Eigenbilzen, ...
Q086p Eigenbilzen)
|
een gevoel van smart over het leed van andere mensen [medelijden, kompassie, deernis, deer] [N 85 (1981)] || een sterk gevoel van medelijden over het leed van anderen opwekkend [onnozel] [N 85 (1981)] || medelijden [ZND 33 (1940)]
III-1-4
|
18161 |
medicijn |
medicijn:
medicijn (Q086p Eigenbilzen),
midecijn (Q086p Eigenbilzen),
millesijn (Q086p Eigenbilzen),
Wordt nog gezegd door de oudere generatie (heel oude mensen).
millesijn (Q086p Eigenbilzen)
|
Medicijn, geneesmiddel (geneesmiddel, medicijn, medicament, (pillen)) [N 107 (2001)]
III-1-2
|