e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Eijsden

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
pan of ketel met het hete gietwater theeketel: theeketel (Eijsden) In het stenen fornuis waarin de boerin vroegende was kookte, wordt water verhit. Met een pan, ketel of emmer schept men hieruit heet water dat dan over het varken wordt gegoten. Beschikt men niet over een dergelijk fornuis, dan wordt het water in ketels e.d. op de kachel of een gewoon keukenfornuis verwarmd. [N 28, 20] II-1
pandverbeuren pandgeven: paand gĕve (Eijsden) pandverbeuren [SGV (1914)] III-3-2
pannenstrijker klein pleisterschopje: kle ̞ŋ plīštǝršøpkǝ (Eijsden) Smalle, lange troffel die wordt gebuikt om specie tussen de pannen te strijken. Zie ook afb. 77. [N 30, 8d; monogr.] II-9
pannentang pitstang: pitš`taŋ (Eijsden) Lange nijptang waarmee de dakdekker stukken van pannen afknipt wanneer ze aan het ondereinde een schuine richting moeten hebben. Zie ook afb. 76. [N 30, 17; monogr.] II-9
pap pap: pap (Eijsden, ... ) brij [SGV (1914)] III-2-3
papier papier: pampier (Eijsden), papier (Eijsden) papier [SGV (1914)] III-3-1
paraplu paraplu: paraplu (Eijsden) paraplu [N 23 (1964)] III-1-3
parel parel: pērel (Eijsden) parel [SGV (1914)] III-1-3
pasband zelfkant: zęlǝfkānt (Eijsden) Linnen bandje dat in een kledingstuk wordt meegenaaid om uitrekken te voorkomen. [N 59, 41; MW] II-7
paskoord gimp: gem (Eijsden) Met katoen omspannen metaaldraad die ter versterking van het knoopsgat strak en vlak langs de snede van het knoopsgat wordt vastgenaaid. Zie afb. 1. [N 59, 8] II-7