e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Eisden

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stuiven van droog zand of stof stuiven: sty(3)̄və (Eisden) stuiven [ZND 07 (1924)] III-4-4
stuk grond land: lant (Eisden) Een stuk land, een perceel grond, in het algemeen. [N 27, 2a en 5; Vld.; N 11A, 106 add.; monogr.] I-8
stuk onontgonnen grond wilde grond: weldǝ grõnt (Eisden), woeste grond: wustǝ grōnt (Eisden) Een stuk woeste grond, nog niet ontgonnen hei, veen of moeras. [N 27, 4a; N 11, 6; N 11A, 112; ALE 254] I-8
stuks -vee staarten: stɛrt (Eisden) Een boer heeft 10, 12, 14 enz. stuks vee. [N 3A, 2] I-11
stutter stutter: stutter (Eisden  [(Eisden)]   [Zwartberg, Eisden]) Persoon die geregeld de betimmering van de mijngangen onderzoekt en onderhoudt. Volgens de informant van Q 15 was de stutter meestal een oudere houwer die zelfstandig onderhoudswerk deed in galerijen. Hij had een zogenaamd stuttersakkoord maar hij kon niet zoveel verdienen als een houwer aan het koolfront, meestal 5 à 10% boven gegarandeerd loon. [N 95, 152; monogr.; Vwo 153; Vwo 155; Vwo 371; Vwo 760; div.] II-5
suiker suiker: sōøkər (Eisden) suiker [ZND 07 (1924)] III-2-3
suçon, suçonnaad insnit: ensnet (Eisden) Insnijding of inneming om lijn in een stuk te krijgen. Puntnaad in het algemeen. [N 59, 94a; monogr.] II-7
t-vormige hoeve warshuis: wēshǝs (Eisden), wɛ̄rshūs (Eisden) Stal en schuren liggen achter elkaar; het woongedeelte staat hier dwars op en steekt aan beide zijden uit. Enkele opgaven komen overeen met de algemene benaming voor de boerderij; ter plekke is dan de T-vormige bouw de algemeen gebruikelijke. Voor de fonetische documentatie van deze gevallen, die aan het begin van het lemma bijeen staan, wordt verwezen naar het lemma "boederij, algemeen" (1.1.1). Zie kaart 4, het Ten Geleide van deze aflevering en afbeelding 4. [N 4A, 2b; monogr.] I-6
tabak toebak: da’s sterkən tubak (Eisden) dat is sterke tabak [ZND 07 (1924)] III-2-3
tabak snuiven een snuifje pakken: snijfkə pakkə (Eisden), toebak snuiven: e.a. opgaven  (tubak) snūvə (Eisden) snuifje nemen [ZND 07 (1924)] || tabak snuiven [ZND 07 (1924)] III-2-3