21134 |
voertuig |
gerij:
gǝręi̯ (Q007p Eisden),
geveer:
gǝvēr (Q007p Eisden)
|
Algemene benaming voor de vracht- en personenvoertuigen. [N 17, 15; N 17, 99; N G, 59; L 28, 24; monogr.]
I-13
|
22627 |
voetballen |
voetballen:
voetballen (Q007p Eisden)
|
Lievelingsspel 1. [SND (2006)]
III-3-2
|
23188 |
voetballer |
voetballer:
Karte 165.
vut}/[vūt}baller (Q007p Eisden)
|
Fussballspieler.
III-3-2
|
23187 |
voetbalspel |
voetbal:
Karte 163.
vut}/[vūt}bal m. (Q007p Eisden)
|
Fussball(veranstaltung).
III-3-2
|
23028 |
voetbalwedstrijd |
match:
match (Q007p Eisden),
Karte 166.
matš (Q007p Eisden)
|
(Fussball)spiel. || Voetbalwedstrijd.
III-3-2
|
19486 |
voetbankje |
bankje:
bɛŋkskə (Q007p Eisden)
|
voetbankje [ZND 02 (1923)]
III-2-1
|
19812 |
voetenbankje |
voetbankje:
het vootbenkske (Q007p Eisden),
vootbenkske (Q007p Eisden)
|
Het bankje om de voeten op te zetten [vootebenkske?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
33732 |
voetgangershek |
stegel:
stīgǝl (Q007p Eisden)
|
Een smalle doorgang tussen weien of landerijen. Men kent verschillende vormen zowel van ijzer als van hout gemaakt. Nogal toegepast is een houten of een ijzeren kruis dat kan draaien op een zware paal. Verder komen voor een draaiende haspel of draaimolentje, een hek van latwerk, drie palen in een driehoek geplaatst, twee horizontale balken waar men doorheen moet kruipen, een klapdeurtje of vaste palen die een bocht vormen. De benamingen voor de verschillende vormen wijken zo weinig van elkaar af dat ze in één lemma zijn ondergebracht. [A 25, 6; A 25, 8; L 19B, 5a; L 19B, 6; S 43; monogr.]
I-8
|
18089 |
voetjicht |
pootje:
puutje (Q007p Eisden)
|
voetjicht [ZND 05 (1924)]
III-1-2
|
30509 |
voetpannen |
drup:
drøp (Q007p Eisden),
druppannen:
drø̄ppanǝ (Q007p Eisden)
|
De paar rijen pannen die de onderrand van het dak vormen wanneer dit deels met stro en deels met pannen wordt gedekt. [N F, 34a; N 4A, 27c; monogr.]
II-9
|