33476 |
cirkelvormig raam |
oog:
ǫu̯x (Q007p Eisden),
osseoog:
ǫsǝau̯x (Q007p Eisden)
|
Een raam in de vorm van een cirkel, meestal aan de stallen. Vanwege de ronde vorm kunnen de benamingen gelijk zijn aan die voor (onbeglaasde) ventilatie-openingen in de muur of in het dak (zie het lemma "rond gat boven in de schuurgevel", 4.2.11). De meeste benamingen betreffen de vorm, sommige ook de functie (belichting en beluchting). [N 4, 52; N 4A, 38b]
I-6
|
21957 |
coccidiose |
coccidiose:
koksidioos (Q007p Eisden),
het mager:
het mager (Q007p Eisden)
|
Hoe noemt U in Uw dialect de volgende ziekten: Coccidiose: een ziekte in de darmen, vooral bij jongen, met als symptomen: diarree, grote dorst en steeds dunnere uitwerpselen. Er kunnen blijvende letsels zoals een krom borstbeen van overblijven. Ook volwas [N 93 (1983)] || Kent U hiervoor een oudere volkse benaming? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
18522 |
colbert met twee rijen knopen |
jas met twee rijen knopen:
jas met twie-j ri-jje knuip (Q007p Eisden)
|
een colbert met twee rijen knopen [N 59 (1973)]
III-1-3
|
18521 |
colbert met één rij knopen |
jas met een rij knopen:
jas met ein rij knuip (Q007p Eisden)
|
een colbert met een rij knopen [N 59 (1973)]
III-1-3
|
18518 |
colbertjasje |
jas:
jas (Q007p Eisden)
|
het colbert [N 59 (1973)]
III-1-3
|
24020 |
communicantje |
communicantje (<lat.):
kemuniekentje (Q007p Eisden)
|
Een communicantje. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
24012 |
communie-examen |
communie-examen:
kemunie-examen (Q007p Eisden)
|
Het communie-examen. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
23418 |
communiebank |
communiebank:
de kemunibank (Q007p Eisden),
kemunibank (Q007p Eisden)
|
De balustrade aan de voet van het priesterkoor, waaraan de gelovigen de communie ontvangen [communiebank?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
24024 |
communiebruidje |
communicantje (<lat.):
kemuniekentje (Q007p Eisden)
|
Een meisje in het wit dat de eerste H. Communie doet, bruidje [ingelche, wiesse kinger]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
24021 |
communiefeest |
communiefeest:
kemuniefieës (Q007p Eisden)
|
Het communiefeest. [N 96D (1989)]
III-3-3
|