e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Eksel

Overzicht

Gevonden: 4790
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
beitel beitel: bētǝl (Eksel) De algemene benaming voor het stalen werktuig met een wigvormige snede dat dient om bijvoorbeeld gaten of uitsparingen in hout te steken of te hakken. Beitels die door houtbewerkers worden gebruikt, bestaan uit een beitelblad dat aan de onderzijde in een snede uitloopt en aan de bovenzijde via een versmalling, de hals, en vervolgens een verbreding, de borst, in een pin eindigt. Deze pin, de arend, wordt in het houten handvat van de beitel gestoken. Zie ook afb. 63 en vgl. het lemma ɛbeitelɛ in Wld II.11, pag. 33. Het betreft daar de beitel met een andere vorm die door de smid wordt gebruikt bij het doorhakken en splijten van koud of verhit metaal.' [N 53, 34a; N G, 24; L 1a-m; L 21, 12; L 45, 12a; L A2, 434; A 14, 12a; monogr.] II-12
bek bakkes: WLD  bakkes (Eksel) Hoe noemt u de bek van een dier (muil, bakkes) [N 83 (1981)] III-4-2
bekakt praten fijne kal vertellen: fijne kaal vertèllen (Eksel), op de letter kallen: oppe lètter kallen (Eksel) bekakt praten [N 102 (1998)] III-3-1
bekakte praat kale kak: ko-w-ele kak (Eksel) taal of daad die getuigt van een hoge dunk van eigen voortreffelijkheid [kak] [N 85 (1981)] III-3-1
bekakte praat /bekakt praten fijne kal vertellen: fijne kaal vertèllen (Eksel), kale kak: ko-w-ele kak (Eksel), op de letter kallen: oppe lètter kallen (Eksel) bekakt praten [N 102 (1998)] || taal of daad die getuigt van een hoge dunk van eigen voortreffelijkheid [kak] [N 85 (1981)] III-1-4
bekendmaken uitbrengen: oetbrèngen (Eksel) officiëel bekend maken [uitbellen, uitklinken, afkleppen] [N 87 (1981)] III-3-1
bekennen bekennen: bekenne (Eksel) uitkomen voor een schuld [kennen, bekennen] [N 85 (1981)] III-1-4
bekkenholte bassin (fr.): besseng (Eksel) heup: komvormige ruimte tussen de heupbeenderen [N 10 (1961)] III-1-1
bekkens schels: sche.ls (Eksel), scheels (Eksel, ... ) het muziekinstrument dat bestaat uit twee koperen schijven met leren handvaten, die tegen elkaar geslagen worden [bekkens, schellen] [N 112 (2006)] || Het muziekinstrument dat bestaat uit twee koperen schijven met leren handvaten, die tegen elkaar geslagen worden [bekkens, schellen]. [N 90 (1982)] III-3-2
bekostigen? bekostigen: beköstigen (Eksel) Betekenis en uitspraak van: het werkwoord bekostigen = betalen, b.v. "dat kan ik niet bekostigen? [bekostigen, beköstigen?] [N 21 (1963)] III-3-1