e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Eksel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zich zeer slecht gedragen wallenbakken: wallebakken (Eksel) zich zeer slecht gedragen, zich als een beest gedragen [beesten, opspelen, wallebak-ken, brakken] [N 85 (1981)] III-1-4
zicht pik: pek (Eksel) Korte zeis die met één hand gehanteerd wordt en gebruikt wordt voor het maaien van rogge, tarwe, haver, gerst, enzovoorts. Zie de algemene toelichting bij paragraaf 4.2 over het maaien en afbeelding 5. Op de semasiologische kaart 30 zijn de gebieden met pik in de betekenis "zicht" van kaart 29 en met pik in de betekenis "mathaak" van kaart 33 bijeengezet. [N 18, 70; JG 1a, 1b, 2c; Goossens 1963, krt. 28; A 14, 7; A 23, 16.2; L 45, 7; Gwn 7, 4; div.; monogr.; add. uit N 11, 88; N 14, 131; N 15, 16a; N 18, 71; A 4, 28; A 14, 10; L 20, 28; L 42, 46; L 48, 34; Lu 1, 16.2 ; Lu 2, 34.2; Wi 51] I-4
ziek ziek: ziek (Eksel) ziek [ZND 08 (1925)] III-1-2
ziekelijk aanhande ziek: oaenhende ziek (Eksel), alle momenten ziek: alle memente ziek (Eksel), gaande ziek: gonde ziek (Eksel), gónde ziek (Eksel), chronische ziekte  hij is gönde ziek (Eksel), lopende ziek: loppende ziek (Eksel), sukkelachtig: suggelechtig (Eksel), sukkelachtig (Eksel), ziekelijk: ziekkelek (Eksel) Sukkelen: aanhoudend ziek of niet gezond zijn, ziekelijk zijn (sukkelen, krenkelen, kwakkelen, op de sukkelbaan zijn). [N 107 (2001)] || Ziekelijk: telkens ziek (ziekelijk, krenkelig, sukkelig, ongans). [N 107 (2001)] || Ziekelijk: telkens ziek (ziekelijk, ongans, lelijk, zuchtig). [N 84 (1981)] III-1-2
ziekenhuis hospitaal: hospietoaêl (Eksel), hospitaal (Eksel), hospitao`l (Eksel), Kasselt  hospitoaël (Eksel), kliniek: kliniek (Eksel, ... ), Neerpelt  kliniek (Eksel), ziekenhuis: ziekenhoes (Eksel) Ziekenhuis: inrichting voor het verplegen van zieken (hospitaal, gasthuis). [N 84 (1981)] || Ziekenhuis: inrichting voor het verplegen van zieken (ziekenhuis, (ho)spitaal, gasthuis, krankenhuis). [N 107 (2001)] III-1-2
ziekenlantaarn lantaarn (<fr.): lantèn (Eksel) De lantaarn die door de misdienaars gedragen wordt als Ons Heer naar een zieke wordt gebracht [lanteer]. [N 96D (1989)] III-3-3
ziekenzorg ziekenzorg: ziekenzorg (Eksel) Waren/zijn er andere kerkelijke verenigingen met een sociale inslag in uw woonplaats actief? Zo ja, hoe heten zij en op welk terrein zijn zij doende?. [N 96D (1989)] III-3-3
ziekenzuster ziekenzuster: ziekezuster (Eksel) Een zuster die zich bezig houdt met de verpleging van zieken [leefdezuster]. [N 96D (1989)] III-3-3
ziekte ziekte: ziekden (Eksel) ziekte [ZND 08 (1925)] III-1-2
ziel ziel: ziel (Eksel) De ziel [zieël, zie.l, zeel]. [N 96D (1989)] III-3-3