20564 |
droesem |
bezinksel:
verzamelfiche, ook mat. van ZND 1a-m
bezinksel (L419p Elen),
dras:
verzamelfiche, ook mat. van ZND 1a-m
dras (L419p Elen),
moer:
verzamelfiche, ook mat. van ZND 1a-m
meur (L419p Elen)
|
droesem [ZND 23 (1937)]
III-2-3
|
20635 |
dronken |
zat:
verzamelfiche, ook mat. van ZND 1, a-m
zaat (L419p Elen)
|
dronken [ZND 01u (1924)]
III-2-3
|
34156 |
droogstaan |
droogstaan:
(de koe) stø̜u̯ drȳǝx (L419p Elen)
|
Geen melk meer geven. [N 3A, 72b; JG 1a, 1b]
I-11
|
20554 |
drop |
brouwsel:
zie ook znd 1u,45a
broudsjel (L419p Elen),
houtskoek:
zie ook znd 1u,45a
houtskook (L419p Elen)
|
drop [ZND 01 (1922)]
III-2-3
|
33525 |
druiventros |
druiventros:
droeventros (L419p Elen, ...
L419p Elen)
|
[ZND 01 (1922)] [ZND 33 (1940)]
I-7
|
25133 |
druppel |
druppel:
dreppel (L419p Elen, ...
L419p Elen),
dreuppel (L419p Elen, ...
L419p Elen),
druppel (L419p Elen, ...
L419p Elen)
|
druppel (water) [ZND 01 (1922)], [ZND 23 (1937)]
III-4-4
|
25108 |
druppen, druppelen |
druppelen:
drŭppelen (L419p Elen, ...
L419p Elen),
lekken:
lieke (L419p Elen),
lieken (L419p Elen)
|
druppen (door het dak druipen, regenen) [ZND 23 (1937)] || druppen (door het dak regenen) [ZND 01 (1922)]
III-4-4
|
22021 |
duif (alg.) |
duif:
doeven auwen ... (L419p Elen),
dōōef (L419p Elen),
duf (L419p Elen),
Pl. [du.ven]
do̝uf (L419p Elen)
|
Duif. [Goossens 1b (1960)], [ZND 01 (1922)], [ZND m] || Duivenhouden is een ... (iest dat gedaan wordt om de tijd te korten). [ZND 28 (1938)]
III-3-2
|
24139 |
duif, algemeen |
duif:
duf, dōōef (L419p Elen)
|
duif [ZND 01 (1922)]
III-4-1
|
21312 |
duits |
duits:
duits (L419p Elen)
|
Duits [ZND 01 (1922)]
III-3-1
|