e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L320a plaats=Ell

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
minnares bedpongel: Uitspraak: "Klaar (nicolaas) heet ein gooi boorin, mèr Giel (michael) heet mieë zoeë ei bèdwief"(dit heeft natuurlijk niets met concubinaat te maken). Als hier vroeger een vrouw samenhokte met een man of weduwnaar zonder er mee getrouwd te zijn, gingen de jongelui "dèn ezeldrieve". Er werd met olie en kalk een ezel op de muur geklad, die er nooit meer afging. Dan was er ketelmuziek tot diep in de nacht met veel vernielingen. Het was een echt onbeschaafd heidens gedoe.  bèdpôngel (Ell), bijzitje: biezitje (Ell) concubine [N 37 (1971)] || een concubine, bijzit, bijwijf [N 96D (1989)] III-2-2
mirakel mirakel (<fr.): merakel (Ell), wonder: wônjer (Ell) Een wonder [wó.nder, wónger, miraakel]. [N 96D (1989)] III-3-3
mis mis: mes (Ell) De Eucharistieviering, de H. Mis [de mis, de mès?]. [N 96B (1989)] III-3-3
mis met drie heren mis met drie heren: mes met drie hieere (Ell) Een plechtige H. Mis waarin een celebrant, een dialen en een subdiaken voorgaan [drieherige mis?]. [N 96B (1989)] III-3-3
mis met vier heren vierherenmis: veerhieere mes (Ell) Een plechtige H. Mis waarin naast de genoemde drie, ook nog - gehuld in koorkap - een presbyter assistens voorgaat [vierherige mis?]. [N 96B (1989)] III-3-3
mis uit dankbaarheid dankdienst: dankdeenst (Ell) Een H. Mis uit dankbaarheid, tot zekere intentie. [N 96B (1989)] III-3-3
mis voor een overledene dodenmis: doeejemes (Ell) Een mis voor een overledene [zielmis, zielemis, zieledienst, dodenmis, zwarte mis?]. [N 96B (1989)] III-3-3
misboek op het altaar misboek: mesbook (Ell) Het grote misboek, missaal dat op een lezenaar op het altaar staat [misboek, mèsbook, mèsbóch?]. [N 96B (1989)] III-3-3
misdienaar misdienaar: mesdeener (Ell) Een koorknaap, misdienaar, misdiener [koeërjóng?]. [N 96B (1989)] III-3-3
misdienaarstoga toogje (<lat.): teugske (Ell) De rode of de zwarte toog van een misdienaar. [N 96B (1989)] III-3-3