e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L320a plaats=Ell

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
schapenvet schaapsreut: sjoapsreut (Ell) Schapevet (ongel?) [N 16 (1962)] III-2-3
scharrelen dabben: dabǝ (Ell) De kippen dabben en scharren in de grond om wormen, insecten en dergelijke te vinden. [N 19, 61a; L 33, 20; monogr.] I-12
schaterlachen gabberen: gabbere (Ell) schaterlachen; inventarisatie gebruik [N 38 (1971)] III-1-4
schatten schatten: sjatte (Ell) het gewicht van iets schatten [koersen, prijzen] [N 89 (1982)] III-3-1
schede schede: schede (Ell) Schede: het buisvormige deel van de vrouwelijke geslachtsorganen dat toegang verleent tot de baarmoederhals, vagina (slot, foeter, keet, schede). [N 84 (1981)] III-1-1
schede van de koe vazel: vāzǝl (Ell) Uitwendig geslachtsorgaan van de koe. [N C, 13; JG 1a, 1b; A 48A, 47b; monogr.] I-11
scheef, niet recht schuins: sjuuns (Ell) van de rechte richting afwijkend, niet recht of niet rechthoekig [scheef, noers, noes, slim, scheel, schieps, schuins, schiks, schoeks] [N 91 (1982)] III-4-4
scheel zien scheel kijken: sjail kieke (Ell) Scheel zien: gebrek van de ogen waarbij de oogassen niet op eenzelfde punt gericht kunnen worden (scheel zien, blieken, een bloem op het oog hebben). [N 84 (1981)] III-1-1
scheepje voor de wierook scheepje: sjeepke (Ell) Het scheepje waarin de wierookkorrels worden bewaard [scheepke, schipke, schuitje, sjuutje?]. [N 96B (1989)] III-3-3
scheerapparaat elektrisch apparaat: elketris apperaat (Ell), scheerapparaat: elektris sjaerapperaat (Ell) Electrisch scheerapparaat [DC 64 (1989)] || Ik scheer me niet meer nat, ik neem liever ... (het electrisch scheerapparaat). [DC 64 (1989)] III-1-3