e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L320a plaats=Ell

Overzicht

Gevonden: 5012
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
doopwater wijwater: wiejwater (Ell) Het gewijde water in de doopvont, waarmee gedoopt wordt [vont-, vunt-, vintwater, doopwater, wijwater?]. [N 96A (1989)] III-3-3
door de modder rollen wentelen: wenjtjǝlǝ (Ell) [N 76, 32] I-12
door elkaar, verward ongeregeld: ôngeregeldj (Ell), verward: verwérdj (Ell) niet volgens vaste regels geschikt [ongeregeld, onverschillig] [N 91 (1982)] || op ongeregelde wijze dooreengemengd [verward, verstreuveld] [N 91 (1982)] III-4-4
door water het lopen met schoeisel aan waden: waje (Ell) lopen: met schoenen of klompen door het water lopen [daawele, dabbere, bettere] [N 10 (1961)] III-1-2
doordeweekse (werk)schort linnen scholk: lienesjolk (Ell), werkscholk: wirksjolk (Ell) schort, blauwlinnen (werk) ~ voor door de week [N 24 (1964)] || voorschoot, werkschort zonder borststuk scholk, skolk, veuring, veurik, sloep, sloof, slopschorteldoek] [N 24 (1964)] III-1-3
doordeweekse kleren `s werkdaagse kleren: swerdjese kleijer (Ell, ... ), doordeweekse kleren: doordewaekse kleijer (Ell) De kleren die men in de week draagt. [DC 62 (1987)] || door-de-weekse kleren [t s werkendagse dinge, werkdinge] [N 23 (1964)] III-1-3
doordeweekse mis `s werkdaagse mis: swerdjese mes (Ell) Een door-de-weekse mis. [N 96B (1989)] III-3-3
doordrenken, nat maken in de week zetten: inne weik zêtte (Ell) met een vloeistof doordrenken; nat maken [platsen, pletsen, plodderen] [N 91 (1982)] III-4-4
doornenkroon doornenkroon: dorekroeen (Ell) De doornenkroon, een kroon van doornen. [N 96B (1989)] III-3-3
dopeling dopeling: duipeling (Ell) de dopeling, het doopkind [N 96D (1989)] III-2-2