18239 |
armband |
armband:
ermbandj (L320a Ell)
|
band- of ringvormig, gewoonlijk metalen sieraad dat om de arm of pols gedragen wordt [armband, bracelet] [N 86 (1981)]
III-1-3
|
21709 |
armbestuur |
arme, de ~:
den Erme (L320a Ell)
|
de instelling die zich tot doel stelt arme mensen te ondersteunen [arme, armekom-mer, grootvaal, armbestuur] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
23355 |
armenbanken |
vrije plaatsen:
vrie plaatse (L320a Ell)
|
De banken achter in de kerk, die niet werden verpacht [gemeine banken, vrije banken, ermebanke, vrije plaatsen?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
21489 |
armoede |
armoede:
ermood (L320a Ell)
|
niet hebben waaraan men grote behoefte heeft, ontberen [derven] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
25055 |
armvol |
armvol:
hervel (L320a Ell)
|
de hoeveelheid die men met de armen kan omvatten [armvol, elver, ervel, speet] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
21570 |
arresteren |
opbrengen:
opbringe (L320a Ell)
|
iemand in hechtenis nemen [bekommeren, arresteren] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
21034 |
as |
molenas:
[molen]ās (L320a Ell)
|
In l 432 werden de zeilen en windborden slechts verwijderd bij bijzonder zware storm. Een aantal woordtypen komt ook voor in het lemma ɛzonder zeilenɛ.' [N O, 10a; A 42A, 3; Sche 37; monogr.]
II-3
|
29124 |
as van het drijfwiel |
as:
as (L320a Ell)
|
[N 34, B8; N 34, B9]
II-7
|
34578 |
asarm |
spit:
spēǝt (L320a Ell)
|
Elk van de uiteinden van de as die door de naven steken. Een asarm is steeds van metaal. [N 17, 53; N G, 48d; monogr]
I-13
|
32672 |
asblok |
assenlade:
asǝlā.i̯ (L320a Ell)
|
Houten blok met aan de onderzijde een gleuf waarin de metalen as bevestigd wordt, ter versteviging van de as. Zie verder ook WLD I.1 voor het asblok van de ploeg. [N 17, 40 + 44j + 50b + 51; N G, 48a; JG 1a; JG 1b; JG 1c; JG 2b; monogr.]
I-13
|