17904 |
reiken naar |
reiken naar:
reike (L320a Ell)
|
reiken, met de handen naar iets reiken [iest beraome] [N 10 (1961)]
III-1-2
|
21195 |
reis |
reis:
reis (L320a Ell, ...
L320a Ell)
|
de afstand afgelegd te paard, per fiets, per auto of op de schaats (tocht, rit) [N 90 (1982)] || het gaan van een plaats naar een andere, meestal met een of ander vervoermiddel (reis) [N 90 (1982)]
III-3-1
|
21201 |
reiskoffer |
koffer:
koffer (L320a Ell),
valies (<fr.):
vliehs (L320a Ell)
|
Het voorwerp van leer, stof, riet om goederen mee op reis te nemen [koffer, valies] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
21196 |
reizen |
reizen:
reize (L320a Ell)
|
een reis ondernemen [reizen, pelgrimmen] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
19388 |
rek |
schap:
lange aa
sjaap (L320a Ell)
|
Soort kast van latten en planken, zonder deur, om iets in op te bergen, b.v. in de keuken (rek, schap, hang) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
21740 |
rekruut |
rekruut:
rekruut (L320a Ell)
|
een soldaat die net in dienst is [rekruut, groentje, schacht] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
23403 |
relikwie |
relikwien:
relikwieje (L320a Ell)
|
De vereerde overblijfselen van heiligen of zaken die met Christus, Maria of een heilige in aanraking zijn geweest, relieken, relikwieën. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
23404 |
relikwiekastje |
relikwiekastje:
relikwiekestje (L320a Ell)
|
Het kastje waarin relikwieën bewaard worden, reliekschrijn. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
21358 |
rente |
interest:
intrest (L320a Ell),
rente:
rente (L320a Ell)
|
Rente [intrest?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21892 |
rentenieren |
rentenieren:
rintjeneere (L320a Ell)
|
leven van de inkomsten van je goederen of kapitaal [heren, rentenieren] [N 89 (1982)]
III-3-1
|