33979 |
stijgbeugels |
stijgbeugels:
stēvbi.gǝls (L363p Ellikom)
|
Metalen, van onderen afgeplatte, aan een riem bevestigde ring waarin een ruiter de voet zet om op of af te stijgen en om op te steunen bij het rijden. [JG 1a, 1b]
I-10
|
34018 |
stilstaan |
hou:
hou̯ (L363p Ellikom)
|
Voermansroep om het paard te doen stilstaan. [JG 1b; N 8, 95e en 96; L B 2, 257; L 36, 81e; monogr.]
I-10
|
19708 |
stoel |
stoel:
Eme(s) van zi-jne stool kalle: zeer wel bespraakt zijn Eets neet onder steel of benk stèke: het niet verbergen
stool (L363p Ellikom),
meervoud steel
stool (L363p Ellikom)
|
stoel
III-2-1
|
19831 |
stoelpoot |
stumpel:
het woord is verwant aan stiepel (meubelpoot)
stimpel (L363p Ellikom)
|
de poot van een stoel
III-2-1
|
19503 |
stofdoek |
stoflommel:
stòflòmmel (L363p Ellikom)
|
Een doek waarmee er stof kan weggenomen worden
III-2-1
|
19559 |
stolp |
kaasstolp:
kiêsstölp (L363p Ellikom, ...
L363p Ellikom)
|
glazen klok waaronder kaas wordt bewaard || stolp
III-2-1
|
20877 |
stomdronken |
keizat:
kejzaat (L363p Ellikom),
schupzat:
sjöpzaat (L363p Ellikom)
|
straalbezopen
III-2-3
|
31626 |
stoot |
stoot:
stű̄ǝt (L363p Ellikom
[(mv stǖǝtǝ)]
)
|
Het ijzeren plaatje dat bij winterbeslag tegen het uitglijden vóór onder het hoefijzer wordt geplaatst. In P 174, P 224 en Q 182 was de stoot onbekend, in K 353 werden in plaats van een plaatje één of twee schroeven aan de voorzijde van het hoefijzer bevestigd. [N 33, 357; JG 1a; JG 1b; JG 1d; monogr.]
II-11
|
34577 |
stootring |
as:
as (L363p Ellikom)
|
Verdikking van de as tussen de asarm en het asblok waardoor het wiel op een veilige afstand van het asblok gehouden wordt. De stootring kan met de as worden meegegoten maar er ook als een los element om bevestigd zijn. [N 17, 52 + 54 + add; N 18, 98d + 99; N G, 49a, 53f; JG 1a; JG 1b; JG 1d; JG 2b; L 20, 20a; L 39, 21 + 22; A 4, 20a; Wi 15; monogr.]
I-13
|
32330 |
stop, tapkraan |
tap:
tap (L363p Ellikom)
|
De, volgens respondenten uit Horst (L 246), Broekhuizenvorst (L 0247), Venlo (L 271) en Beesel (L 300), van kurk vervaardigde stop, die ter afsluiting in het tapgat wordt geslagen. Wanneer het houten vat wordt aangeslagen, wordt de stop vervangen door een houten tapkraan. [A 36, 3d; monogr.]
II-12
|