e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q284p plaats=Eupen

Overzicht

Gevonden: 1837
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
inspannen aanspannen: āšpanǝ (Eupen) Het opgetuigde paard voor een kar met berries spannen. Men plaatst het tussen de berries, waaraan de draagriem, de brede buikriem, en de strengen worden vastgemaakt. Voor andere voer- en landbouwwerktuigen wordt het paard niet in- maar aangespannen. De term inspannen werd echter ook enkele keren in de hier behandelde betekenis opgegeven. [JG 1b; N 8, 98a; RND 74] I-10
inweven de wissel oplegen: dǝr węjsǝl opleǝgǝ (Eupen) Gezegd van een kleur of patroon. In de binding van een weefsel opnemen van een kleur of patroon. [N 39, 120a] II-7
inzouten pekelen: pēkələ (Eupen) inzouten, pekelen III-2-3
jacquardgetouw jacquardstoel: šakartštōǝl (Eupen) Weefgetouw met Jacquard-machine. Zie afb. 57. [N 39, 3b] II-7
jaloers jaloers: šalus (Eupen) jaloers III-1-4
jammer jammer: jōmər (Eupen) jammer III-1-4
jarig zijn jarig zijn: jörig (Eupen) Jarig. [Willems (1885)] III-3-2
jenever klare: klōͅrə (Eupen), koren: kōͅrə (Eupen), piek: Kürzung aus wallon. peket, welches sowohl Wachholder als Wachholderbranntwein bezeichnet. Wurzel pek, pik (Spitze Zusammenhang mit Wallon. pèche (Beere) ist zu gleicher Zeit anzunehmen  pik (Eupen) Kornbrandewein, jenever || Kornbranntwein; jenever || Schnaps; sterke drank III-2-3
jeugd, jongelieden jonkheid: joŋkheͅi̯t (Eupen) jeugd III-2-2
jeuken jeuken: jøəkə (Eupen) jucken, jeuken [ZND m] III-1-2