e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Eygelshoven

Overzicht

Gevonden: 1595
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
huiszwaluw zwalbertje: sjwèùlberke (Eygelshoven) huiszwaluw (12,5 helemaal wit van onder; witte stuit; kleinest buiten tegen een woning of kerk [N 09 (1961)] III-4-1
huiveren razelen: razele (Eygelshoven), schudderen: sjoedere (Eygelshoven) huiveren, bijv. van koe [grille, de griezel op het lijf krijge, rijeren] [N 10 (1961)] III-1-2
huiverig schudderig: sjoederig (Eygelshoven) huiverig [schuuverig] [N 10 (1961)] III-1-2
hulphouwer leerhouwer: iǝrhø̄jǝr (Eygelshoven  [(Laura / Julia)]   [Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]), liǝrhø̜jǝr (Eygelshoven  [(Laura / Julia)]   [Julia]) Voordat men houwer wordt, is men in de Nederlandse mijnen eerst leerling-houwer, hulphouwer A en hulphouwer B geweest. Leerling-houwer is men gedurende zes maanden; hulphouwer A heeft een opleidingstijd van één jaar. Hulphouwer B wordt men als men 15 maanden als hulphouwer A in opleiding is geweest tot houwer (MBK I pag. 6). Al naar gelang de functie krijgt men 70%, 80%, 90% of 95% van het houwersloon. [N 95, 144; N 95, 143; monogr.] II-5
hulst hulst: huls (Eygelshoven) [DC 76 (2002)] I-7
ijspegel ijskegel: ieskeegele (mv.) (Eygelshoven) ijspegels aan het dak of aan de vensterbanken [ijskeekels, -pinnen, -kikkels, kakels] [N 22 (1963)] III-4-4
ijzeren gaffel, oogstgaffel gaffel: gafǝl (Eygelshoven), hooigaffel: [hooi]gafǝl (Eygelshoven) Twee- of drietandige ijzeren vork, met lange, enigszins gebogen tanden en een lange houten steel, gebruikt om hooi of korenschoven op te steken en op de wagen te laden. Zie afbeelding 10, b. Voor het voorkomen van de term riek en van varianten van het type gāfel, zie de toelichting bij het lemma ''houten gaffel''. Voor de fonetische documentatie van het woorddel (hooi) zie het lemma ''hooi''.' [N 18, 27; JG 1a, 1b; A 28, 2; L 1 a-m; L 16, 18a; L B2, 241; Lu 6, 2; S 9; Wi 3; Av 1 III 5a, b; monogr.] I-3
in de schil gekookte aardappelen zwelmannetjes: sjwelmenkes (Eygelshoven) In de schil gekookte aardappelen (zwelmennekes?) [N 16 (1962)] III-2-3
inkomsten inkomen: ’t i-kome (Eygelshoven) inkomsten, de ontvangsten, het inkomen [inkomende, inbeur?] [N 21 (1963)] III-3-1
inkopen gaan doen op de markt naar de markt gaan: noa d’r maat goa (Eygelshoven) inkopen gaan doen op de markt [markten, merten?] [N 21 (1963)] III-3-1