34025 |
jong van een rund |
kalf:
kalf (Q119p Eygelshoven)
|
[N 3A, 4]
I-11
|
34314 |
jong varken |
bag:
baq (Q119p Eygelshoven),
kudje:
kytjǝ (Q119p Eygelshoven),
kutte:
kȳtǝ (Q119p Eygelshoven),
kuusje:
kyškǝ (Q119p Eygelshoven)
|
Jong varken in het algemeen. [N 19, 3; N C, add.; L 1a-m; L 3, 2b; L 37, 49a; NE I.12; NE 2.I.9; JG 1a, 1b, 2c; AGV KI; S 3; RND 46 en 84; Vld.; Wi 51; Gwn 5, 12; monogr.]
I-12
|
34448 |
jonge geit |
geitje:
getjǝ (Q119p Eygelshoven),
lam:
lām (Q119p Eygelshoven)
|
[N 19, 71a; N 77, 75; A 9, 21; JG 1a; monogr.]
I-12
|
34481 |
jonge kip |
jonge hoen:
joŋ hon (Q119p Eygelshoven),
pul:
pø̜l (Q119p Eygelshoven)
|
Bedoeld wordt de jonge kip die bijna aan de leg is of net legt. [N 19, 40d; R 14, 23b; R 3, 39; A6, 1b; JG 1a, 1b; L 1a-m; Gwn; Vld.; S 27, add.; monogr.]
I-12
|
18737 |
jongenshemd? |
onderhemd:
ongerhemme (Q119p Eygelshoven)
|
Onderhemd voor jongens. Hoe noemt men in uw dialect het hemd dat onder de bovenkleding wordt gedragen, direct op het lichaam: van jongens? [DC 62 (1987)]
III-1-3
|
18733 |
jongensondergoed? |
onderwas:
ongerwesj (Q119p Eygelshoven)
|
Ondergoed voor jongens. [DC 62 (1987)]
III-1-3
|
20334 |
jongste kind |
benjamin:
benjamin (Q119p Eygelshoven)
|
Andere benaming van: wordt deze naam ook gebruikt voor het jongste kind (dat soms ook het zwakste is) van een groot gezin? [DC 25 (1954)]
III-2-2
|
20697 |
jus, vleesnat |
saus:
tsaus (Q119p Eygelshoven)
|
Saus of jus (sop?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
17602 |
kaak |
kaak:
kaake (Q119p Eygelshoven)
|
Welk woord gebruikt men in Uw dialect ter aanduiding van het benige gedeelte van het hoofd, waarin de tanden en kiezen zitten? Hoe spreekt men het uit? [DC 27 (1955)]
III-1-1
|
17603 |
kaakbeen(rand) |
raak:
de raake (Q119p Eygelshoven)
|
kaakrand waarin de tanden staan [raak] [N 10 (1961)]
III-1-1
|