34069 |
muntige koe |
manse koe:
mǫs [koe] (Q119p Eygelshoven)
|
Koe die men een tijdlang vrij wil houden en daarom niet laat dekken als ze tochtig is. Zie voor de fonetische documentatie van (koe) het lemma ''koe'' (3.3.1). [N 3A, 28]
I-11
|
18418 |
muts: algemeen |
kap:
kap (Q119p Eygelshoven),
muts:
møtš (Q119p Eygelshoven),
pats:
patsj (Q119p Eygelshoven)
|
muts, strakke ~, in de betekenis van soort muts; betekenis/uitspraak [N 26 (1964)] || pet, muts, klak [RND]
III-1-3
|
22751 |
muziek |
muziek:
NB moezziek make:musiceren.
moezziek (Q119p Eygelshoven)
|
Muziek.
III-3-2
|
26400 |
naaf |
naaf:
nāf (Q119p Eygelshoven)
|
De ronde blok in het midden van het wiel waardoor de as steekt en dat met de velg verbonden is via de spaken. Ter versterking worden er naafbanden rond aangebracht. Zie ook de lemmata middennaafbanden, muilband en achternaafband in II.11. [N 17, 58, 40, 50b; N G, 43; JG 1a; JG 1b; JG 2b; JG 2c; L 20, 20a; L 39, 21; A 4, 20a; monogr.]
I-13
|
31581 |
naafbus |
bus:
bøs (Q119p Eygelshoven)
|
De metalen bus in de naaf van het karwiel die om het uiteinde van de karas draait. Het plaatsen van de naafbus in de dom werd in Q 113 bussen (b0sd) genoemd. Dit werk werd doorgaans door de wagen- of radmaker gedaan. Zie ook afb. 214-215. [N G, 43b; N 17, 59; JG 1a; JG 1b; L 39, 22; monogr.]
II-11
|
32210 |
naafspaakpen |
ang:
aŋ (Q119p Eygelshoven),
voet:
vōt (Q119p Eygelshoven)
|
Het rechthoekige en plat uitgesneden uiteinde van de spaak dat in het spaakgat van de naaf wordt gedreven. Zie ook afb. 185 en het lemma ɛvelgspaakpenɛ in deze paragraaf en het lemma ɛspaakɛ in wld I.13, pag. 18-19.' [N G, 44b]
II-12
|
28708 |
naaien |
naaien:
nīǝnǝ (Q119p Eygelshoven)
|
Algemene benaming voor naaien. Informanten uit P 119, P 188 en Q 77 merken op dat de benaming lappen ouder is dan naaien. [N 62, 1a; N 62, 1d; A 2, 70; A 37, 1c; L 31, 46; Gi 1.IV, 12; MW; RND; Wi 40; S 25; monogr.]
II-7
|
27264 |
nachtdienst |
nachtschicht:
nātšext (Q119p Eygelshoven
[(Laura / Julia)]
[Eisden])
|
De dienst van 10 uur ''s avonds tot ''s anderendaags 6 uur in de morgen (Vanwonterghem pag.160, Defoin pag. 211). Volgens de informant van Q 15 kende de nachtdienst een vierkante penning. Het woordtype "televisieschicht" duidt volgens dezelfde invuller op het feit dat, wanneer deze dienst begon, het t.v.-programma was afgelopen. Ze begon twee uur later dan de normale nachtdienst en werd vooral gevuld met roofwerkzaamheden. Zie verder ook de toelichting bij het lemma Controlepenning. [N 95, 118; monogr.; Vwo 539; Vwo 540]
II-5
|
24213 |
nachtegaal |
nachtegaal:
nachtejal (Q119p Eygelshoven, ...
Q119p Eygelshoven)
|
nachtegaal || nachtegaal (16,5 bekend; kleine bruine vogel met rossige staart; vrij zeldzame zomervogel; verborgen levend; beroemd om de zang [N 09 (1961)]
III-4-1
|
24394 |
nachtvlinder |
mot:
mot (Q119p Eygelshoven)
|
nachtuiltje, nachtvlinder [DC 18 (1950)]
III-4-2
|