e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q202p plaats=Eys

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gist gist: gęš (Eys), gɛš (Eys), heffe: hefǝ (Eys) Door het feit dat de vragen niet alle even genuanceerd waren gesteld, komen er woorden voor die zowel moderne droge gist als natte gist als zuurdeeg aanduiden. Het zuurdeeg blijkt volgens sommige informanten (L 291, Q 35) voor het bereiden van zwartbrood of roggebrood gebruikt te worden, terwijl de gist of "heffe" voor witbrood wordt aangewend. [N 29, 22; LB 2, 234; monogr.; JG 1b, add.; S 10; L 1a-m; L 2, 21a; Gi; A 22, 2] II-1
glad, glijdend glad: glad (Eys, ... ) glad [DC 39 (1965)], [SGV (1914)] III-4-4
glas-in-loodraam glas-in-loodvenster: glas in loedvinster (Eys) Een glas-in-loodraam. [N 96A (1989)] III-3-3
glazig glazig: glazig (Eys), glazige eepel (Eys), waterhel: wā.tərhēͅ.l (Eys), de aardappel  wā.tərh‧ɛlə (Eys) glazig; Hoe noemt U: Hard en doorschijnend, gezegd van aardappelen (schier, glazerig) [N 80 (1980)] III-2-3
glazuur glazuur: glazuur (Eys), glazuər (Eys) Glazuur: de glinsterende laag waarmee de tanden bedekt zijn (glazuur, email). [N 84 (1981)] III-1-1
glijbaan roetsj: rutsj (Eys), roetsjbaan: roetsbaan (Eys), rutsjbān (Eys) Het speeltuig (vooral in speeltuinen) waarbij men langs een gladde baan van een platform naar beneden kan glijden [glijbaan, borsie, ritsbaan, roetsjbaan]. [N 88 (1982)] III-3-2
glijden glitschen (du.): gli.tšə (Eys), glitsen: gli.tšə (Eys), kaaien: Op een glijbaan.  kɛi̯ə (Eys), roetsjen: roetsche (Eys), rutschen (du.): roetsche (Eys), slepen: sjlīēpe (Eys) glijden [SGV (1914)] || Glijden: zich langs en oppervlak gemakkelijk, met zeer weinig wrijving voortbewegen (glijden, slibberen, glissen, schuiven, slifferen, slipperen, schampen). [N 84 (1981)] III-1-2, III-3-2
glimlachen gremelen: gri.əmələ (Eys), griemele (Eys) onhoorbaar lachen door de mond te vertrekken [monkelen, glimlachen] [N 85 (1981)] III-1-4
glimworm glimwormpje: glimwurmpke (Eys), gloeiwormpje: gleujwurmke (Eys), WLD  gl‧øͅi̯w‧øͅrəmpkə (o.) (Eys), johanneswormpje: WLD  jo.h‧anəsw‧øͅrəmpkə (o.) (Eys), vuurworm: vuurwōrrəm (Eys), vuurwōrrɛm (Eys), vuurwŭrm (Eys), wazenlichtje: wazelichtske (Eys) glimworm [GV Gr (1935)], [SGV (1914)], [ZND 18G (1935)] || Het wijfje is vleugelloos, 12-18mm lang, bruinachtig van kleur, het halsschild is geel omrand. Het heeft vrij sterke lichtorganen op het einde van het achterlijf (glimworm, lichtmaaike, viermaai, gloeiige worm) [N 83 (1981)] || Hoe noemt u een soort kever: het mannetje is gevleugeld. Het kan 11-16mm lang worden. Het is bruinachtig van kleur en is in staat een geelgroen licht uit te stralen met behulp van lichtorganen op het achterlijf (glimkever) [N 83 (1981)] III-4-2
gloria gloria (lat.): gloria (Eys) De lofzang "Gloria in excelsis..."[jloria?]. [N 96B (1989)] III-3-3