e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q202p plaats=Eys

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
potten? potten: pøͅ.tə (Eys), zich een braam door de vot rijten: ze.x ‧eͅŋə br‧iəm dø.rəx˃ gən vo.t rī.tə (Eys) op zijn geld zitten; nauwelijks iets uit willen geven [potten, ponken] [N 89 (1982)] III-3-1
pottenbakker pottenbakker: pǫtǝbɛkǝr (Eys) Ambachtsman die uit klei potten en ander aardewerk vervaardigt. De woordtypen pottenman (Q 95, Q 193) en aardewerker (Q 95) werden in de betreffende plaatsen gebruikt voor een arbeider in een aardewerkfabriek. [L 34, 20; A 45, 34; N 49, 60a; monogr.] II-8
potter? potter: potter (Eys) op zijn geld zitten; nauwelijks iets uit willen geven [potten, ponken] [N 89 (1982)] III-3-1
praatje kal: het eerste woord is mannelijk.  kā.l (van də l‧yi̯) (Eys), praatje: praatje (Eys) een waarschijnlijk onwaar bericht [praatje, praat, spraak, mare] [N 87 (1981)] III-3-1
predikant predikant (<lat.): predikant (Eys) De predikant, prediker, degene die de preek houdt. [N 96B (1989)] III-3-3
preek preek: prëëk (Eys) De predikatie, de preek [preek, prèèk, preëdich?]. [N 96B (1989)] III-3-3
preekstoel predikstoel: der predichstool (Eys) De preekstoel [preek-, prèèk-, predichsjtool?]. [N 96A (1989)] III-3-3
prefatie prefatie (<lat.): de prefatie (Eys) De door de priester gezongen lofprijzing ter inleiding van de Canon, de prefatie. [N 96B (1989)] III-3-3
prei spoor: sjpoar (Eys), spoar (Eys) [DC 13 (1945)]prei [SGV (1914)] I-7
preken prediken: preëdige (Eys) Preken, prediken [preeke, prèèke, preëdieje?]. [N 96B (1989)] III-3-3