21412 |
verhaal |
geschichte (du.):
gəsjiechtə (Q202p Eys),
v.
gəši.xtə (Q202p Eys),
verhaal:
verhaal (Q202p Eys),
o.
vərhoͅ.al (Q202p Eys)
|
een uitvoerig verhaal [teel] [N 87 (1981)] || verhaal; aan wie heeft hij dat nieuwe - verteld [DC 03 (1934)]
III-3-1
|
21152 |
verharde weg |
geteerde weg:
m.
gət‧ardə weͅ.x (Q202p Eys),
helle weg:
m.
h‧ɛlə weͅ.x (Q202p Eys),
weg met kinderkoppen:
weg mit kingerköp (Q202p Eys)
|
een verharde weg (klinkerd, kunstweg, kalsij, kalseide) [N 90 (1982)]
III-3-1
|
20533 |
verhitten |
opwarmen:
opwerme (Q202p Eys, ...
Q202p Eys),
warmen:
w‧ɛ̄rəmə (Q202p Eys)
|
verhitten; Hoe noemt U: Voedsel warm maken (loteren) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
21726 |
verhoren |
verhoor afnemen:
ə vərh‧yər ‧āfnø.mə (Q202p Eys),
verhoren:
verhuure (Q202p Eys)
|
iemand ondervragen in een zaak voor de rechter [verhoren, overhoren, onderhoren] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
22507 |
verjaardag |
verjaardag:
verjoardaag (Q202p Eys),
vərjoaərdaag (Q202p Eys),
vərjoͅardāx hān (Q202p Eys)
|
Hij was gisteren jarig, maar ik ... zn hele verjaardag vergeten. [DC 45 (1970)] || Zijn geboortedag herdenken [jarig zijn, bejaren, verjaren]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
21399 |
verkeren |
gaan met:
me.t˂ē. goͅ.a (Q202p Eys),
vrijen:
vrije (Q202p Eys, ...
Q202p Eys),
vr‧eͅi̯ə (Q202p Eys)
|
verkering hebben [verkeren, vrijen, meteen lopen] [N 87 (1981)] || vrijen [SGV (1914)]
III-3-1
|
20364 |
verkering |
sjans:
sjans (Q202p Eys)
|
verkering; regelmatige omgang met een persoon van het andere geslacht [sjans, verkeer, aanspraak] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
20367 |
verkering hebben |
met een gaan:
me.t˂ē. goͅ.a (Q202p Eys),
(bij verkering).
me.t˂ē. goͅ.a (Q202p Eys),
sjans haan:
(bij eerste ontmoeting).
ša.ns hā.n (Q202p Eys),
vrijen:
vreͅi̯ə (Q202p Eys),
vrije (Q202p Eys, ...
Q202p Eys),
vr‧eͅi̯ə (Q202p Eys)
|
verkering hebben [verkeren, vrijen, meteen lopen] [N 87 (1981)] || verkering; regelmatige omgang met een persoon van het andere geslacht [sjans, verkeer, aanspraak] [N 87 (1981)] || vrijen [DC 38 (1964)], [SGV (1914)]
III-2-2
|
18001 |
verkillen |
stijf worden:
štī.f van də koͅu weͅ.adə (Q202p Eys)
|
Ongevoelig worden van kou, gezegd van ledematen (killen). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
21390 |
verklaren |
verklaren:
verkloare (Q202p Eys)
|
verklaren [SGV (1914)]
III-3-1
|