27888 |
de stok schieten |
de stok afschieten:
dǝr štǫ.k ˱āfš˙ētǝ (Q202p Eys
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV])
|
Bij de aanleg van een galerij het gesteente met behulp van springstof verwijderen om op deze wijze voldoende galerijhoogte te verkrijgen. Deze handeling vindt plaats nadat de koollaag ter breedte van de galerij en over voldoende diepte is weggenomen (zie ook het lemma De Stok Vrijmaken). [N 95, 430; N 95, 435]
II-5
|
27825 |
de stok vrijmaken |
(de) stok vrijmaken:
štǫ.k vrę.jmā.kǝ (Q202p Eys
[(Oranje-Nassau I / III / IV)]
[Emma, Maurits])
|
De steenkool ter breedte van de galerij en over voldoende diepte wegnemen. De invuller uit Q 33 merkt daarover op dat men deze term op de mijn Emma tot ongeveer 1958 gebruikte. [N 95, 392; monogr.]
II-5
|
18062 |
de stuipen hebben |
de stuipen hebben:
də šty(3)̄.pə hā.n (Q202p Eys),
stuiptrekken:
stuuptrekke (Q202p Eys)
|
stuipen: De stuipen hebben: een aanval van stuipen hebben (spinneweven, spinnevoeten, stuiptrekken, in de gaven liggen). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
19859 |
de tafel dekken |
de dis dekken:
d⁄r dūs dekken (Q202p Eys),
de dis gereedmaken:
dər døͅ.š˃ gərē.tmā.kə (Q202p Eys),
gereedmaken:
gereedmake (Q202p Eys)
|
tafel dekken; Hoe noemt U: De tafel dekken (rechten dekken) [N 80 (1980)]
III-2-1
|
24036 |
de toog aankrijgen |
ingekleed worden:
ingeklead weade (Q202p Eys)
|
De toog/het habijt aankrijgen, gekleed worden. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
22136 |
de vastgestelde tijden aflezen |
aflezen:
koͅ.nstat‧āš ˂‧āfleͅ.azə (Q202p Eys)
|
het aflezen van de vastgestelde tijden? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
22099 |
de voor het spel uitgekozen duif in een mand stoppen |
in de korf zetten:
e.n dər køͅ.rəf˃ zeͅ.tə (Q202p Eys),
inkorven:
inkorve (Q202p Eys)
|
de voor het spel uitgekozen duif op het hok in een mand stoppen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
19640 |
de was blauwen |
(de) was blauwen:
de wesj bluije (Q202p Eys)
|
blauwen [de wasch ~ ] [SGV (1914)]
III-2-1
|
19681 |
de was bleken |
bleken:
bleekə (Q202p Eys)
|
het bleken van wasgoed in de zon op een grasveld [DC 15 (1947)]
III-2-1
|
19785 |
de was invochten |
sprinkelen:
spriŋkələ (Q202p Eys),
was sprinkelen:
waeš špriŋkələ (Q202p Eys)
|
het vochtig maken van strijkgoed [DC 28 (1956)]
III-2-1
|