e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L371a plaats=Geistingen

Overzicht

Gevonden: 2251
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
geen ... waard geen cent waard: geine sent wèrt (Geistingen) Hoe zegt men van iets dat geen waarde heeft? (dat is geen ... waard). [ZND 28 (1938)] III-3-1
geestelijke heer: hiêr (Geistingen) Een priester die geen pater is [heer, geesteling]. [N 96D (1989)] III-3-3
gegraven waterloop graaf: grāf (Geistingen), loop: lø̜i̯p (Geistingen), lossing: lǫseŋ (Geistingen), wal: wal (Geistingen), waterlaat: wātǝrlǭt (Geistingen) In het algemeen is in dit lemma sprake van een gegraven waterloop als afscheiding of om overtollig water af te voeren of om te bewateren. In dialectenqu√™tes zijn er veel vragen gesteld naar de benamingen voor een sloot, graaf of gracht. In de antwoorden bleek veel overlap te zitten. Het gaat hier om waterlopen die verschillend van breedte kunnen zijn. Omdat de antwoorden hierover niet eenduidig waren, was het niet mogelijk aan een begrip een vaste breedte toe te kennen. Algemeen kan men zeggen dat een gracht een bredere sloot is, een graaf een wat bredere, vaak droge sloot, en dat een goot, grub en zouw wat smallere waterlopen zijn. Het overeenkomstige bij alle waterlopen is dat ze gegraven zijn. [N 27, 24; AGV, m1; A 20, 1c; A 20, 1d; A 10, 21; A 2, 48; L 24, 27; L 1a-m; L 36, 4; L A1, 62; Lu 1, 5; R 14, 23j; S 11, 33; monogr.] I-8
geheimen van de rozenkrans vlaamse rozenkrans: erg ongewoon geworden als gebruik, maar wel onder die naam bekend  vlaomse roeezekrans (Geistingen) De geheimen van de Rozenkrans bestaande uit de blijde geheimen, de droevige geheimen en de glorierijke of glorievolle geheimen. [N 96B (1989)] III-3-3
gehemelte gehemelte: gehemelte (Geistingen) het gehemelte van de mond [ZND 35 (1941)] III-1-1
gehucht gehucht: gehucht (Geistingen), gəhucht (Geistingen) gehucht [ZND 23 (1937)] III-3-1
geknield zitten op de knien zitten: oppe knieje zitte (Geistingen) (onder de consecratie) knielen, geknield zitten, op de knieën zitten [óp en kneije zitse?]. [N 96B (1989)] III-3-3
gekruld haar krulhaar: krolhoar (Geistingen) hij heeft gekruld haar [ZND 35 (1941)] III-1-1
geld geld: geldj (Geistingen) geld [ZND 14 (1926)] III-3-1
gele lupine lupinen: lǝpīnǝ (Geistingen) Lupinus luteus L. Een 30 tot 60 cm hoge plant met een uit gele, lipvormige bloempjes bestaande bloempluim, die bloeit van juni tot september, boonvormige vruchtjes draagt en vooral op zandgronden als bemestingsgewas wordt geteeld. [N Q, 4a; N 11A, 29a en 29b; JG 1a, 1b; A 55, 3b; NE 1, 18; R 3, 30; monogr.] I-5