e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Geistingen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
onderhaam onderhaam: ǭŋǝrhām (Geistingen), vilten kussens: vęltǝ kø̜sǝs (Geistingen) Twee met elkaar verbonden kussens die het paard onder het haam draagt, als dat te groot is. [N 13, 11; monogr.] I-10
onderlip onderste lip: ongerste lup (Geistingen) Onderlip (onderlip, onderste lip) [N 106 (2001)] III-1-1
ondermuts kalotje (<fr.): kaloͅtjə (Geistingen), ondermuts: ongermöts (Geistingen) mutsje, zwarte ~ dat onder de grote witte poffermuts wordt gedragen [ondermuts] [N 26 (1964)] III-1-3
onderstangen stangen: staŋǝ (Geistingen) De twee naar onder stekende ijzeren delen van een bit dat gebruikt wordt om meer druk op de bek van het paard te kunnen uitoefenen. [N 13, 48] I-10
onderste band van de schoof onderste band: ǫŋǝlstǝ [band] (Geistingen) Zie de toelichting bij het lemma ''garveband'' (4.6.9). Zie voor de fonetische documentatie van het woord(deel) band het lemma ''garveband'' (4.6.9). [N 15, 22a] I-4
onderwijzer meester: meister (Geistingen) onderwijzer; Hoe wordt hij tegenwoordig genoemd? [DC 48 (1973)] III-3-1
onderzadel onderzadel: oŋǝrzāl (Geistingen) Een vilten lap of een kussen dat onder het zadel ligt. Zie ook lemma Paardedeken Onder Het Zadel. [N 13, 64a en 64b] I-10
ongedierte, algemeen gewormte: gewörmte (Geistingen), ongesiefer: oͅongəsīfər (Geistingen), óngesiefer (Geistingen) gedierte, klein ~ (verzamelnaam voor insecten, wormen, spinnen enz.) [gediert, ongediert, gewörmt, ongesiefer] [N 26 (1964)] || schadelijke en hinderlijke insecten [DC 55 (1980)] III-4-2
ongehuwd samenleven bijeen liggen: biejein liggen (Geistingen), samenwonen: samen woenen (Geistingen) een concubinaat, een buitenechtelijke samenleving van man en vrouw, gedurende enige tijd [N 96D (1989)] || samenleven van man en vrouw zonder dat ze met elkaar getrouwd zijn [meuken, jennen] [N 115 (2003)] III-2-2
ongelovige ongelovige: óngeluivige (Geistingen) Een ongelovige, de ongelovigen. [N 96D (1989)] III-3-3