27125 |
wasserij |
wasserij:
wɛšǝri (Q021p Geleen
[(Maurits)]
[Emma])
|
Plaats waar de kolen gewassen worden. Het wasproces heeft tot doel de stenen van de kolen te scheiden. [N 95, 13; Vwo 472; Vwo 851; Vwo 852; monogr.]
II-5
|
23443 |
wastafeltje in de sacristie |
kraantje:
kraenke (Q021p Geleen)
|
Het wastafeltje of fonteintje in de sacristie, lavabo. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
28136 |
waterdoorbraak |
waterdoorbraak:
wātǝrdōrbrāk (Q021p Geleen
[(Maurits)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV])
|
Doorbraak van water in bijvoorbeeld een mijngang. [N 95, 893; monogr.]
II-5
|
28141 |
watergalerij |
watergalerij:
wātǝrgalǝri (Q021p Geleen
[(Maurits)]
[Emma, Hendrik, Wilhelmina])
|
Galerij die alleen dient voor het verzamelen, volgens de invuller uit Q 113 daarnaast ook voor de afvoer van mijnwater als uitbreiding van de schachtput (zie ook het lemma Schachtput). [N 95, 378; monogr.]
II-5
|
28142 |
watergoot |
zouw:
saw (Q021p Geleen
[(Maurits)]
[Winterslag, Waterschei])
|
Open watergoot die beneden langs de zijwand van de steengang of galerij loopt. De goot ligt lager dan de rest van de vloer van de gang en wordt meteen bij het drijven ervan meegeschoten. [N 95, 787; N 95, 790; monogr.]
II-5
|
24273 |
waterhoen |
modderkuiken:
mòdderkuke (Q021p Geleen)
|
waterhoen (33 rode bles en wit onder de staart, die vaak wordt opgewipt; algemeen [N 09 (1961)]
III-4-1
|
20484 |
waterige kost |
drab:
dràb (Q021p Geleen),
prats:
prátsj (Q021p Geleen),
slaris:
sjlaris (Q021p Geleen)
|
slobber; Hoe noemt U: Waterachtig voedsel (zwans, zwadder, zwadderatie, slidder, slierp, slobber, slobbering) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
24632 |
waterloot |
diefje:
eigen spellingsysteem
deefke (Q021p Geleen)
|
Een tak die ontstaat op de stam (dief, waterlot). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
18128 |
waterpokken |
waterpokken:
waaterpókke (Q021p Geleen),
waterpŏkke (Q021p Geleen)
|
Waterpokken: besmettelijke ziekte waarbij rode vlekjes op de huid ontstaan die in blaartjes overgaan (windpokken, wijnpokken, respok). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
33631 |
waterput |
pompeput:
pompəpøͅt (Q021p Geleen),
put:
pøt (Q021p Geleen),
pøͅt (Q021p Geleen, ...
Q021p Geleen)
|
[DC 21 (1952)] [DC 21 (1952)] [RND 08]
I-7
|