| 21981 |
duif die normaal op langeafstandsvluchten vliegt |
fondduif:
fónddoef (Q021p Geleen),
Opm. v.d. invuller: in verband met de afstand, zijn er verschillende benamingen.
fond-doef (Q021p Geleen),
fondvlieger:
fondvleeger (Q021p Geleen)
|
Hoe heet een duif die normaal vliegt: op lange afstandsvluchten? [N 93 (1983)] || Kent U daarin diverse variëteiten of rassen? Welke? Geef naam en eigenschappen. [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 21983 |
duif die normaal op middellangeafstandsvluchten vliegt |
fondduif:
fónddoef (Q021p Geleen),
midfondduif:
mitfonddoef (Q021p Geleen),
Opm. v.d. invuller: in verband met de afstand, zijn er verschillende benamingen.
midfond-doef (Q021p Geleen)
|
Hoe heet een duif die normaal vliegt: op middellange afstandsvluchten? [N 93 (1983)] || Kent U daarin diverse variëteiten of rassen? Welke? Geef naam en eigenschappen. [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 22129 |
duif die te laat komt |
laatkomer:
laatkommer (Q021p Geleen)
|
een duif die te laat komt? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 21922 |
duif die zwaar van bouw is |
diepe, een -:
deepe (Q021p Geleen),
zware, een -:
zwaore (Q021p Geleen)
|
Hoe zegt men in Uw dialect van een duif: zwaar van bouw of geraamte? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 21931 |
duif effen lichtbruin |
lichtbruine, een -:
lichtbroene (Q021p Geleen),
vale, een -:
vaale (Q021p Geleen)
|
Hoe noemt men een duif effen lichtbruin (bleek)? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 21930 |
duif met bruine of lichtbruine kleurschakeringen |
bonte, een -:
bóntje (Q021p Geleen),
rode, een -:
rooie (Q021p Geleen)
|
Hoe noemt men een duif met bruine of lichtbruine kleurschakeringen (ros, rost)? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 21926 |
duif met effen grijs-blauw vederkleed |
blauwe, een -:
blauwe (Q021p Geleen, ...
Q021p Geleen)
|
Hoe noemt men een duif met effen grijs-blauw vederkleed (blauw)? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 21929 |
duif met grote donkere vlekken |
donkergrijs:
dónker gries (Q021p Geleen),
zwarte, een -:
zwarte (Q021p Geleen)
|
Hoe noemt men een duif met grote donkere vlekken in de vleugels (zwart-geschelpt)? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 21928 |
duif met grotere kleurschakeringen |
geschelpte, een -:
gesjelpte (Q021p Geleen),
grijze, een -:
gries (Q021p Geleen)
|
Hoe noemt men een duif met grotere kleurschakeringen in de vleugels (geschelpt)? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 21927 |
duif met kleine kleurschakeringen |
bontje:
bóntje (Q021p Geleen),
grijze, een -:
grieze (Q021p Geleen)
|
Hoe noemt men een duif met kleine kleurschakeringen vooral in de vleugels (crayonné)? [N 93 (1983)]
III-3-2
|