e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Geleen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
huppelen huppelen: huppele (Geleen, ... ), hôppele (Geleen), huppen: huppe (Geleen) Huppelen: met kleine sprongetjes zich voortbewegen (hippen, hoppen, huppen, huppelen). [N 84 (1981)] III-1-2
hurken (zich) hurken: hurke (Geleen, ... ), op de hukken gaan zitten: op de huken goon zitten (Geleen), oppe huuke goan zitte (Geleen) hurken [SGV (1914)] || hurken, op zijn ~ gaan zitten [N 10 (1961)] III-1-2
huurpenning godsalder: WNT: heller - vaak, in jonger vorm, helder -, Mhd., nhd., mnl. heller. Oorspronkelijk eene Duitsche munt, benoemd naar Hall in Zwaben (verg. daalder de waarde was die van 1/2 of ongeveer 1/3 penning.  goodsalder (Geleen), meepenning: meepenning (Geleen) huurpenning [SGV (1914)] III-3-1
huwelijk trouw, de -: de trouw (Geleen), d⁄n trouw (Geleen) de plechtigheid waarbij het samenleven van een man en een vrouw wettelijk geregeld wordt [huwelijk, trouw, trouwerij] [N 87 (1981)] III-2-2
huwelijksafkondigingen afroepen (ww.): aafroope (Geleen) De huwelijksafkondigingen, huwelijksgeboden, de "roepen", de "geboden". [N 96D (1989)] III-3-3
huwelijksexamen examen: eksaame doon (Geleen) Het huwelijksexamen bij de pastoor. [N 96D (1989)] III-3-3
huwelijksmis bruidsmis: broedsmès (Geleen) De huwelijksmis, bruidsmis [broedsmaes]. [N 96D (1989)] III-3-3
hypotheek hypotheek: hippeteek (Geleen) de geldsom die verstrekt wordt op een onderpand bestaande uit bijv. onroerend goed [hypotheek, rippeteek] [N 89 (1982)] III-3-1
iemand genezen of gezond verklaren (iemand) gezond schrijven: (voltooid deelwoord)  gǝzǫnjt gǝsxrēvǝ (Geleen  [(Maurits)]   [Maurits]) De bedrijfsarts bepaalde wanneer een mijnwerker weer kon beginnen met werken. De mijnwerker werd dan genezen of gezond verklaard. [N 95, 970] II-5
iemand graag mogen gaarne hebben: eemes gaer höbbe (Geleen), lijden: lieje (Geleen) iemand graag mogen [bestaan op, lijden, zetten] [N 85 (1981)] III-3-1