e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Geleen

Overzicht

Gevonden: 5298
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
broedende kip op eieren kloek: kluk (Geleen), prok: prok (Geleen) [N 19, 43a; JG 1a, 1b, 2c; L 14, 21; A 6, 1c; S 5; L B2, 320; monogr.] I-12
broeder broeder: broor (Geleen, ... ) broeder [SGV (1914)] || Een lager lid van een kloosterorde die geen kerkelijke wijding bezit, broeder [bruur, broeder]. [N 96D (1989)] III-3-3
broeder-onderwijzer frater (lat.): fraater (Geleen) Een broeder onderwijzer, frater [fra, sjefra]. [N 96D (1989)] III-3-3
broedermeester voorbeder: veurbaejer (Geleen) De persoon die tijdens de bidprocessies (op St. Marcus en de kruisdagen) met een staf beurtelings de voorbiddende en de nabiddende rij aanwees (broedermeester). [N 96C (1989)] III-3-3
broederschap broederschap: broodersjap (Geleen) broederschap [SGV (1914)] III-3-3
broederschap van de heilige kindsheid heilige kindsheid: hèllige kindsjheid (Geleen) De broederschap van kinderen die als doel had de heidense kinderen, vooral die in China, op te voeden, Broederschap der H. Kindsheid [Hèllige Kinsheid]. [N 96D (1989)] III-3-3
broedhokje broedhok: breudhok (Geleen), breujhok (Geleen, ... ) Hoe heet de woonplaats van de duif? [N 93 (1983)] || Hoe heet verder: broedhokje, broedvak? [N 93 (1983)] III-3-2
broedschotel broedschotel: breuschootel (Geleen), schotel: sjootel (Geleen) Hoe heet verder: aarden schotel dienend als nest? [N 93 (1983)] III-3-2
broeibak broeibak: breubak (Geleen) [SGV (1914)] I-7
broek broek: brōk (Geleen  [(Maurits)]   [Emma]) Broek gemaakt van zeer stevige stof en voorzien van dubbele knieēn. Volgens een informant van Q 121 is de "kuilboks" een onderdeel van de "kuilmontuur". [N 95, 61; monogr.] II-5