e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=P186p plaats=Gelinden

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rammelaar rijdertje: rɛ̄rəkə (Gelinden) rammelaar, mannetje konijn [Goossens 1b (1960)] III-2-1
rapen rapen: rǭ.pǝ (Gelinden) De aardappelen oprapen en in een mand bijeen doen, achter de rooiers of achter de rooiende ploeg aanlopend. [N 12, 21; JG 1a, 1b; monogr.; add. uit N 12, 18; A 23, 17d; Lu 1, 17d] I-5
rasp rasp: rōͅsp (Gelinden) rasp (rief, raspel, raps) [N 20 (zj)] III-2-1
rechtvaardig rechtvaardig: reͅchviadəch (Gelinden) Rechtvaardig. [ZND 06 (1924)] III-1-4
regenworm piering: pi‧reͅŋ (Gelinden) pier, aardworm [ZND 14 (1926)] III-4-2
reis reis: mørgə kymtər tryk fḁn də rēis (Gelinden) Morgen komt hij weer van de reis (terug). [ZND 08 (1925)] III-3-1
rekening rekeling: ich sal em en riekəliŋ schikə (Gelinden) Ik zal hem een rekening sturen. [ZND 07 (1924)] III-3-1
rem van de wagen mechaniek: mekǝnik (Gelinden) De rem komt vrijwel alleen voor bij de wagen. Er bestaan verschillende systemen. Essentieel hierbij is echter dat steeds een remblok tegen de rond de velg van het wiel bevestigde metalen band kan schuren. De informant van Q 099q vermeldt het volgende: "Vroeger werd de rem door middel van een zwengel aangedraaid. Thans wordt de rem in werking gesteld door een ijzeren hefboom. Deze ijzeren staaf heeft aan het losse uiteinde een ketting, die vastgemaakt wordt aan een haak, welke zich bevindt aan de zijkant van de karbak. Het is dus een vereenvoudiging, de zwengel is vervangen door een hefboom.". De respondent van P 48 omschrijft de wagenrem als een "blok met ketting aan as om te remmen. [N 17, 40 + 44j + 49 + 50b + 99 + add; JG 1b; JG 1c; JG 1d; JG 2c; monogr.] I-13
rente rente: ps. omgespeld volgens IPA.  rēͅn’tə (Gelinden) Rente [intrest?] [N 21 (1963)] III-3-1
restant vogels duifhuis: vergissing?  dōveͅs (Gelinden) duiventil [ZND 01 (1922)] III-4-1