e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Gelinden

Overzicht

Gevonden: 1683
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kwezel kwezel: waa ene kweejezəl (Gelinden) Wat een kwezel! [ZND 29 (1938)] III-3-3
kwispelstaarten be zijn staart houwen: be zene stat hauwe (Gelinden) kwispelstaarten [ZND 29 (1938)] III-2-1
kwitantie kwitantie: ps. omgespeld volgens IPA.  kwi’tānsə (Gelinden) kwitantie, bewijs van schulddelging [N 21 (1963)] III-3-1
laag grond couche (fr.): Opm. meer in de betekenis van een laag verf.  koers (Gelinden), laag: loeach (Gelinden) laag (znw.) [ZND 29 (1938)] III-4-4
laag schoven op de wagen laag: lōǫx (Gelinden) Zie de toelichting bij het lemma ''tasser op de wagen'' (5.1.5). Voorkop is de laag op de naar voren uitstekende ladder boven het paard. [N 15, 42; JG 1a, 1b, 1c, 2c; monogr.] I-4
laagte in het landschap del: dēl (Gelinden) Een laagte in het landschap in het algemeen. Vergelijk ook lemma 1.2.8 ɛlaagte in een akkerɛ.' [L 29, 30; Wi 11; A 10, 4; S 20] I-8
laatste voer is op: azōp (Gelinden) De laatste wagenvracht van de oogst die naar de boerderij wordt gereden. Zie de toelichting bij het lemma ''oogst binnenhalen'' (5.1.1). [L 8, 59] I-4
ladderboom balk: (mv)  ba.lǝkǝ (Gelinden) Elk van de twee balken van een zijladder waartussen zich de sporten bevinden. [JG 1a; JG 1b] I-13
laden laden: lǭǝ (Gelinden) De kar laden. Vergelijk ook WLD I, afl. 4, p. 84 ev [JG 1a, 1b; L 37, 14; Wi 33, 39; add. bij N 18] I-10
lading vracht: vrā.x (Gelinden) Datgene wat op de kar of kruiwagen wordt geladen. [JG 1a, 1b; Wi 52; monogr.] I-10