e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Gemmenich

Overzicht

Gevonden: 787

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
dartsblok zielblok (<du.): `zylbloͅk (Gemmenich) Sülblok: Zielscheibe des Dartspiels. III-3-2
dartspijltje ziel (du.): zyl (Gemmenich) Sül: 2. Wurfpfeil, Dart. III-3-2
de eerste uitwerpselen van het veulen pek: pē̜k (Gemmenich) Zij vormen een zwarte, kleverige stof. [N 8, 58] I-9
de kaarten couperen afheven: ā:fhɛ̄:və (Gemmenich) Aafhääve: 2. (Kartensp.) Abheben, den Kartenhauf in zwei teilen u. den oberen Teil nach unten legen. III-3-2
de kaarten ronddelen geven: jɛ̄:və (Gemmenich) Jääve: 3. (Kartensp.) Die Karten verteilen. III-3-2
de kaarten schudden mengelen: De kaate mengele.  `meŋələ (Gemmenich) Mengelen: Mischen. III-3-2
de merrie dekken dekken: dēkǝ (Gemmenich), springen: šprēŋǝ (Gemmenich) Zie afbeelding 11. [JG 1a, 1b; N 8, 43a en 43b] I-9
de merrie is niet drachtig leeg: lē̜x (Gemmenich), niet vol: nēt.˲vōl (Gemmenich) [N 8, 48 en 49] I-9
de staart couperen zwensen: šwęnsǝ (Gemmenich) Het kappen of afsnijden van de staart van veulens gebeurt na enkele dagen of weken. Nadat de staart zuiver gemaakt en afgebonden is, wordt hij afgesneden en toegebrand. [N 8, 103d] I-9
deeg kneden deeg maken: [deeg] mākǝ (Gemmenich) Bepaalde grondstoffen t.w. bloem, gist, zout, vocht vormen het deeg. Eventueel worden er nog andere toevoegingen bijgevoegd. Dit deeg gaat men kneden om een massa te verkrijgen waarin de verschillende grondstoffen in de juiste verhouding zo volkomen en gelijkmatig mogelijk dooreengemengd zijn (Schoep blz. 90-91). Naast "kneden met de hand" komt voor "kneden met de voeten" of kneden met de deegmachine". De informant van L 428 merkt op dat "mengelen" het mengen der diverse ingrediënten inhoudt en het eigenlijk kneden ''knē̜jǝ'' is. In dit lemma wordt het object "deeg" niet fonetisch gedocumenteerd. Bij documentatie zou de meest voorkomende variant dęjx zijn geweest. Daarnaast zouden er nog varianten voorkomen als dēx, dē.x, dējx, dē̜k, dē.jx, tī.x, dījx, dix, dīx en di.x.' [N 29, 20b; N 6, 47; S 18; L 1a-m: monogr.; L 22, 41] II-1