e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Genk

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gereedschapskist autobus: autobus (Genk  [(Winterslag / Waterschei)]   [Zolder]) Kist waarin de mijnwerker zijn materiaal kan opbergen. De "geschierkist" (Q 21) werd op de mijn Maurits gebruikt door de post-stutter. Een gereedschapskist in een pijler werd daar "pinnenkist" genoemd. Voor de fonetische documentatie van de tussen haken geplaatste woorddelen zie men het lemma Gereedschap. [N 95, 704; monogr.] II-5
gereedschapsmagazijn magazijn: magazijn (Genk  [(Winterslag / Waterschei)]   [Maurits]) Ruimte ondergronds waar het gereedschap aan de mijnwerkers wordt uitgereikt en na gebruik weer wordt opgeborgen. [N 95, 727] II-5
gereedschapsring materiaalhaak: materiaalhaak (Genk  [(Winterslag / Waterschei)]   [Zolder]) Grote metalen ring waaraan het gereedschap dat voorzien is van een gat, kan worden geregen. De gereedschapsring kan met behulp van een hangslot worden afgesloten en wordt uitsluitend in pijlers gebruikt. Volgens invullers uit Q 121 en Q 121c was de "getuigpin" voorzien van een plaatje met daarop het nummer van de mijnwerker. Voor de fonetische documentatie van de tussen haken geplaatste woorddelen zie men het lemma Gereedschap. [N 95, 763; monogr.] II-5
gereedschapswerkplaats atelier: atelier (Genk  [(Winterslag / Waterschei)]   [Eisden]) Bovengrondse werkplaats waar gereedschap wordt hersteld. [N 95, 728] II-5
gerieflijk handig: ən heͅneg houəs (Genk) Gerieflijk huis. [ZND 35 (1941)] III-1-4
geronnen melk overeengelopen melk: īvǝrēngǝlōpǝ mɛlk (Genk) Melk die door het lange staan dik en zuur is geworden. [L 2, 7; A 7, 15; monogr.] I-11
gerookt spek gerookt spek: gərē.kt speͅk (Genk) spek dat gerookt is [DC 48 (1973)] III-2-3
gerst gerst: garst (Genk), gɛrst (Genk) Hordeum L. De gerstteelt was in Belgisch Limburg betrekkelijk zeldzaam. Bij zomergerst wordt aangetekend: vooral bestemd voor de brouwerij; bij wintergerst: vooral bestemd als veevoer. Volgorde varianten van gerst: 1. met "rst" in de auslautgroep; 2. met "st"; 3. met "rs"; en 4: met alleen "s" in de auslautgroep; zie de eerste klankkaart [kaart 6]; in de tweede klankkaart [kaart 7] is de geografische verspreiding van het vocalisme weergegeven. Zie afbeelding 1, d. [JG 1a, 1b; L A1, 127; L 1 a-m; L 24, 6a; L lijst graangewassen, 2; R 3, 24; S 10; Wi 53; monogr.] I-4
geschifte steen halve brik op zijn lengte: halǝvǝ brī̄k˱ op ˲zǝn lɛŋtǝ (Genk) Metselsteen die op zijn smalle kant in de lengte doormidden is gehakt. Zie ook afb. 29. [N 31, 19e; monogr.] II-8
geslacht allemaal van dezelfde pre: allemoal van dezelfde père (Genk), allemaal van dezelfde vader: allemoal van dezelfde vojër (Genk) de gezamenlijke afstammelingen van een gemeenschappelijke stamvader, geslacht [natie, familie] [N 115 (2003)] III-2-2