21478 |
liniaal |
regel:
ne regel (Q003p Genk),
regel (Q003p Genk)
|
Een liniaal (om rechte lijnen te trekken). [ZND 30 (1939)]
III-3-1
|
34091 |
linkerachterkwartier |
kwartier links achter:
kǝrtęi̯ǝr lęŋs axtǝr (Q003p Genk)
|
Het kwartier van de uier links achter. In de vraagstelling stond erbij wat betreft de positie van de kwartieren "van achteren gezien". [N 3A, 116b]
I-11
|
22888 |
linksachter |
linksback (<eng.):
leͅŋzbak (Q003p Genk)
|
Linksachter, rechtsachter. [DC 49 (1974)]
III-3-2
|
17869 |
linkshandig persoon |
linkse poot:
ne lènksepŏĕt (Q003p Genk),
linkse, een -:
ne lènkse (Q003p Genk)
|
iemand die meestal zijn linkerhand gebruikt: het is een ... [ZND 37 (1941)]
III-1-2
|
22881 |
linksvoor |
extrme (fr.) links:
eͅkstrēm le.ŋs (Q003p Genk)
|
Links- rechtsvoor. [DC 49 (1974)]
III-3-2
|
28772 |
linnen, linnengoed |
lijnen:
lęjnǝn (Q003p Genk),
lijwaad:
lęjvǝt (Q003p Genk),
linnen:
lē̜nǝ (Q003p Genk)
|
Weefsel uit vlas- of hennepgaren vervaardigd. Lijnwaad. [N 62, 77; N 59, 201; N 62, 75f; L 1a-m; L 30, 30a; L 30, 30b; L B1, 95; MW; Wi 18 en 55; S 22; monogr.]
II-7
|
19753 |
linnenkast |
schap:
šōͅp (Q003p Genk)
|
schap, legkast
III-2-1
|
30160 |
lintvoeg |
lange voeg:
laŋ vux (Q003p Genk)
|
Horizontale voeg. Zie ook afb. 41. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel '-(voeg)' het lemma 'Voeg'. [N 32, 29b; monogr.]
II-9
|
31436 |
lintzaagmachine |
lintzeeg:
lęnt˲zē̜x (Q003p Genk)
|
Stationaire machine voor het zagen van diverse materialen. Het zaagblad van de lintzaagmachine bestaat uit een stalen band zonder einde dat aan één kant van zaagtanden is voorzien en wordt aangedreven door een elektromotor. Het te zagen materiaal rust op een zaagtafel en wordt tegen het draaiende blad aangedrukt. Met de lintzaag kunnen ook gebogen zaagsnedes worden gemaakt. [N 50, 69; N 53, 16; monogr.]
II-12
|
17617 |
lip |
lip:
lep (Q003p Genk),
leppe (Q003p Genk),
lipe (Q003p Genk),
lyp (Q003p Genk)
|
lip [RND] || rode lippen [ZND 30 (1939)] || Zie afbeelding 2.8 en 2.10. [JG 1a, 1b]
I-9, III-1-1
|