e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Genk

Overzicht

Gevonden: 4982
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
blazen blazen: bluzə (Genk) blazen [N 10b (1961)] III-1-1
blazer gasbel: gāsbęl (Genk  [(Winterslag / Waterschei)]   [Domaniale]), sisser: sesǝr (Genk  [(Winterslag / Waterschei)]   [Winterslag, Waterschei]) Een uitstroming van gas uit een nauwe spleet van de koollaag of het nevengesteente. Volgens de invuller uit Q 121c kwam het verschijnsel met name voor in gasrijke mijnen zoals de Maurits, de Emma of de Hendrik. In het Kempens Bekken kent men volgens de zegsman uit L 417 geen blazers. Wel komen er ooit plotselinge uitbarstingen voor. [N 95A, 16; monogr.] II-5
bleek bleek: bleek gezicht (Genk), hè es bliek (Genk) hij heeft een flets gezicht (bleekgeel, ziekelijk) [ZND 23 (1937)] || hij is zo bleek [ZND 21 (1936)] III-1-2
bleek, flets zien snips uitzien: hè ziet er maor snips aut (Genk) hij heeft een flets gezicht (bleekgeel, ziekelijk) [ZND 23 (1937)] III-1-2
bles bles: blɛs (Genk) Witte streep op het voorhoofd van de koe. [N 3A, 136b; N 3A, 135b] I-11
blijven wachten blijven: blijve(n) (Genk) blijven [ZND 25 (1937)] III-4-4
blijvend gebit paardstanden: pē̜.rstā.n (Genk) Op vijfjarige leeftijd heeft het paard een volwaardig gebit, meestal paardstanden genoemd. [JG 1a, 1b; N 8, 18a en 18b] I-9
blijvend invalide blijvend invalide: blęjvǝnt envalit (Genk  [(Winterslag / Waterschei)]   [Zwartberg]) [N 95, 968] II-5
blikaars zweer op zijn gat: zweer op ze goat (Genk) Uitslag, zweren op het achterwerk (blikaars, blikgat, blekker, blik). [N 107 (2001)] III-1-2
bliksem, bliksemflits donderstraal: donnerstrool (Genk), weerlicht: wèèrlicht (Genk) bliksem || bliksemflits, weerlicht III-4-4