e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Gennep

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
oorlogsschip oorlogsschip: oorlogsschip (Gennep) een schip gebouwd en uitgerust om in de oorlog gebruikt te worden [manwaar] [N 90 (1982)] III-3-1
oorring oorbel: oorbel (Gennep), oorringetje: oorreenskə (Gennep) zilveren of gouden ring die in elk van beide oren gedragen wordt [oorbel, bel, slinger] [N 86 (1981)] III-1-3
oorveeg oorveeg: oorvieg (Gennep, ... ) Oorveeg: slag om de oren (raps, oorveeg, opneuker, mot, blamot, appelvlink, sabelets, pees, lap, draai, laps, klap, lek, konkel, fleer, hababbel). [N 84 (1981)] || Slag op de kaak; muilpeer (flets, fleer, plakkaat, kek, kokarde, klamats). [N 84 (1981)] III-1-2
oorvormig handvat oor: oor (Gennep) Oorvormig handvat van b.v. een kopje, pan, kan etc. (oor, handsvat, handvat) [N 79 (1979)] III-2-1
oorworm oorrakel: oorraokel (Gennep) oorworm III-4-2
oostindische kers honingtuitje: hoeningtuutje (Gennep, ... ) Oostindische kers I-7, III-2-1
oot wilde haver: -  wilde haver (Gennep) oot [wilde haver] [DC 30 (1958)] III-4-3
oot, wilde haver wilde haver: wilde haver (Gennep) Avena fatua L. Een vrij algemeen voorkomend lastig onkruid op bouwland, in korenvelden en wegbermen, dat er haverachtig uitziet met een wijde, pluimvormige aar. Het bloeit van juni tot augustus. De lengte varieert van 60 tot 120 cm. Vergelijk lemma Evene in WLD.I, afl. 4. [A 30, 2; A 60A, 81; L 49, 2; monogr.; add. uit JG 1a, 1b] I-5
op de loop gaan ertussenuit gaan: d`r tussen ŭŭt gaon (Gennep), op de loop gaan: op de loop goan (Gennep) op de loop gaan [SGV (1914)] || vluchten: Op de loop gaan (biezen, vluchten, vlieden). [N 84 (1981)] III-1-2
op de tenen lopen op de tenen lopen: op de teen (Gennep) lopen: op zijn tenen lopen [op zn vurvoete] [N 10 (1961)] III-1-2