e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Gennep

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
spons spons: spōns (Gennep, ... ) spons om ruiten mee schoon te maken [DC 15 (1947)] III-2-1
spook spook: spook (Gennep) spook [SGV (1914)] III-3-3
spookschaaf amerikaander: amērikāndǝr (Gennep) Klein, langwerpig schaafje, vroeger van hout, nu van ijzer, met twee handvatten en een schaafbeitel die door middel van twee schroeven in de gewenste stand wordt gebracht. De spookschaaf dient om hol- en bolvormige stukken glad te schaven. Zie ook afb. 49. De spookschaaf wordt door verschillende houtbewerkende beroepen gebruikt. De kuiper schaaft er bijvoorbeeld de buitenwand van vaten mee glad, terwijl de wagenmaker er wielspaken en andere gebogen oppervlakken mee bijwerkt. [N 53, 77; N E, 45a; N G, 38b; A 32, 3a-b; monogr.] II-12
spoorweg spoorbaan: spoorbaon (Gennep) een weg met rails waarover men wagens die mechanisch voortbewogen worden, laat lopen voor het vervoer van personen en goederen [spoorweg, route, ijzerenweg] [N 90 (1982)] III-3-1
spoorwiel spoorrad: spōrrat (Gennep) Het kamrad onder aan de koning dat in de rondsels of bonkelaars van de staakijzers grijpt; de kammen staan ofwel loodrecht op de wielschijf of in het verlengde ervan. Zie ook afb. 59, 63 en 64.26. In l 381b bevindt het spoorwiel zich op de steenzolder van de molen. [N O, 50i; N O, 50j; A 42A, 104, Sche 41] II-3
sporen van de haan hanensporen: hǭnǝspōrǝ (Gennep) Doornachtige hoornuitwas van de poten van de haan. [N 6, 3; L 7, 27b; monogr.] I-12
sporkehout duivelsbeer: duu.velsbèèr (Gennep), klompenpinnenhout: kló.mpepinneho.lt (Gennep) vuilboombes || vuilboomdoornhout III-4-3
sporkehoutdoorn klompenpin: kló.mpepin (Gennep) vuilboomdoorn III-4-3
sport van een stoel sproot: sprø͂ͅt (Gennep) sport (van stoel of ladder) III-2-1
spotten lapzwanzerij: làpzwánzeri-j (Gennep), spotten: spŏtte (Gennep) spotten [SGV (1914)] || zich met belachelijk makende of oneerbiedige scherts [grappen] uiten [spreeuwen, spotten, truten, zwanzen, lollen, leuren] [N 85 (1981)] III-1-4