e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Gennep

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vuil in sloten aandrijfsel: èndrifsəl (Gennep) vuil, stro of zeewier in sloten of tegen dijken [geffeling, eek, vlot, lies, drift, geffel, gaf, bras, reek, deek] [N 81 (1980)] III-4-4
vuil waterx smerig water: smérig waoter (Gennep), vies water: vīēs-waoter (Gennep) vuil water [mooswater, getwater] [N 81 (1980)] III-4-4
vuilnisbak dreksbak: drɛks˂bak (Gennep) vuilnisbak III-2-1
vuist vuist: vüst (Gennep) vuist [N 10 (1961)] III-1-1
vulstukken, wiggen spieën/spijen: spijǝ (Gennep) De stukken hout waarmee de ruimte tussen de molenas en de kruisarmen wordt opgevuld. Zie ook afb. 50. [N O, 11g; A 42A, 10; N O, 11h] II-3
vuurrooster waaier: wājǝr (Gennep) Een ijzeren rooster of vuurkorf waarin een vuur wordt gestookt dat dient om het vat te verwarmen. [N E, 30] II-12
vuurtang, sinteltang vuurtang: vy(3)̄rtaŋ (Gennep) vuurtang [N 05A (1964)] III-2-1
waaienx waaien: eerste e lang uitgesproken  wĕje (Gennep), ⁄t wĕjde (Gennep) het waaide [SGV (1914)] || waaien [SGV (1914)] III-4-4
waarderen fijn vinden: fein viendə (Gennep) op de juiste of op hoge waarde schatten, op prijs stellen [waarderen, tellen] [N 85 (1981)] III-1-4
waarschuwen bang maken: bàngmaakə (Gennep), waarschuwen: wŏarschouwe (Gennep) het attent maken op gevaar of nadeel dat men door een bepaalde oorzaak zou kunnen ondervinden [vermaan, waarschuwing] [N 85 (1981)] || waarschuwen [SGV (1914)] III-3-1